Als ik het goed heb is The Meows´ All You Can Eat de opvolger van het in 2005 verschenen At The Top Of The Bottom. In mijn stukje destijds maakte ik me druk om een platenspeler, maar van die aanschaf is het nooit gekomen. Er zijn belangrijkere zaken in het leven. Het meest belangrijke is met stip binnengekomen, dat is onze net geboren zoon. Hij zorgt plots voor heel andere prioriteiten. Ons leven is meer basic dan ooit. De concerten die ik dit jaar heb bezocht kan ik op de vingers van een hand tellen, de belangrijke nieuwe releases gaan langs me heen en mijn frequentie van stukjes voor File Under daalt. Toch zou ik het niet anders willen. Zo zat ik naar wat opnames van The Stones te kijken op de BBC van Glastonbury met mijn zoon liggend op mijn schoot. Hij had de grootste lol toen ik meezong met “Miss You”: ´Oh everybody waits so long, Oh baby why you wait so long, Won’t you come on! come on!´. Wild, helemaal hieperdepieper spartelend gaan zijn armpjes en beentjes heen en weer. Wat is er mooier om te zien? Hier kan geen enkel concert tegenop. Die lol komt een paar dagen later terug als ik All You Can Eat aan het draaien ben. Het Spaanse vijftal gaat tekeer alsof ze de Stones anno 1965 zijn. Ewie jr. en ondergetekende lusten er wel pap van. Dit alles in twaalf liedjes die totaal net iets meer dan 32 minuten klokken. Als ik aan het meezingen ben op “Talk Too Loud”, dan gaan de beentjes en armpjes weer in beweging, en de daarbij behorende blik die zegt genoeg: ´it´s time to rock ´n´ roll, baby´. De ontwikkeling van popmuziek mag van mij alle kanten opgaan, als dit soort bandjes maar blijft bestaan, ook als mijn zoon dit wat bewuster meemaakt. Dan begint zoonlief plots te snikken. zoonlief plots snikken. Inderdaad, All You Can Eat-tijd, dat is een échte basisbehoefte.
mij=No Tomorrow / Clearspot
4 reacties