Er zijn mensen die beweren dat muzikanten die elektronische muziek maken geen echte muzikant zijn. Dat iedereen met een computer dat wel kan. Dat die vlieger niet altijd opgaat, bewijst Matt Elliott. Met zijn The Third Eye Foundation (afkomstig uit Bristol, dus dan weet je het wel) maakt de man voornamelijk jungle, soms een beetje ambient, maar in elk geval niet zo heel veel dat duidelijk maakt dat we hier volgens die boze tongen met een heuse “muzikant” te maken hebben. Maar de man heeft ook nog een solocarrière. Zo begon hij in 2004 aan wat later een trilogie zou blijken: Drinking Songs (2004), Failing Songs (2006) en nu dan Howling Songs. Hij had geen betere titel kunnen bedenken: de donkere ballades gieren om je hoofd als een storm rond een spookhuis met krakende voegen en piepende deuren (dat gezien de muzikale invloeden misschien wel ergens op de Balkan staat, of zou het Transsylvanië zijn?). De angst grijpt je soms naar de keel. En net als het echt te spannend wordt, valt de rust in: wat dat betreft is de ruim elf minuten durende opener The Kübler-Ross Model exemplarisch voor de sfeer op de rest van het album. Niet voor tere zieltjes, en al helemaal geen makkelijk album, maar wel een heel bijzonder.
mij=Ici D'Ailleurs / Sonic