Als de dagen korten, lijkt ook de muziek die ik draai wat harder, vreemder en duisterder te worden. Eerder dit jaar ontdekte ik, jaren na dato, de Zweedse band Deathstars dankzij een voor hun doen toegankelijke nieuwe plaat. Laat ik voordat het jaar om is nog snel een tweede ontdekking van dat kaliber met jullie delen. In augustus zag ik namelijk op Summer Darkness de Noorse band Zeromancer. Dat was een verrassend sterk optreden, dat deed denken aan Nine Inch Nails en door de frontman zelfs een beetje aan de oude Placebo. Het was een van de weinige echte rockbands tussen al die cybergoth-wussies. De paar hits uit 2001, “Clone Your Lover” en “Doctor Online”, die ik destijds eerlijk gezegd totaal gemist had, werden hard meegebruld. Maar goed dus dat op de vierde plaat Sinners International nog een paar van dat soort nummers staan. Het jammere is alleen dat de herinnering aan het optreden beter is dan het nieuwe album. En dat komt niet door de songs, want de nieuwe composities zijn op zich prima. Terwijl je aan het luisteren bent, laat je je in eerste instantie inpakken door de electronische effecten. Na een paar nummers bekruipt je echter een Korn-nieuwe-stijl gevoel, het is allemaal te soft afgemixt om echt agressief te kunnen zijn. Durf nou eens te raggen jongens! Alleen in “It sounds like love (but it looks like sex)”, “Imaginary Friends” en “Two Skulls” klinken de gitaren rauw genoeg. Het is de typische fout die alle volwassen geworden bands (en ook NiN) maken: een te gladde productie. Alsof dat anno 2009 vereist is voor commercieel succes. Nou, oké! Welke wasmiddelreclame durft dit aan?
mij=Trisol