De Engelse DJ Max Sedgley houdt van bruiloftsfeestjes, denk ik. Hij is te boeken als onderdeel van een vijfkoppige funkband, waarin hij dan zelf toetsen speelt. Zijn kompanen mogen ook meedoen op dit album en of dat nu zo’n goed idee was? Sedgley is best een getalenteerde knoppendraaier, de volvette synths knallen je speakers uit. Maar dan zijn daar die zogenaamde funk-injecties. Op orchestrahits, synthetisch klinkend blazers-accentjes en slap bass wordt hier niet bezuinigd. Word ik daar al een beetje akelig van, vele malen irritanter zijn de vocalisten, die in élke track mee mogen doen. Alle gaatjes worden hier dichtgesmeerd met, nou ja, geblèr. Natuurlijk, technisch gezien zijn ze prima, maar tegelijkertijd zo saai. Zo Idols. Zo voor de hand liggend. Sedgley zelf lijkt ook geinspireerder te raken als hij zijn diva’s vervangt door rappers. ‘B-boys keep rockin’ pocht een vrouwelijke mc stoer in het drukke maar geslaagde “Sound Boy”. Na een tijdje snakte ik naar een instrumentaal rustmomentje. Zo begint “Be 4 Good Me” met wat lekker ouderwetse electroritmes. En dan duikt er na tien seconden tóch weer een dametje op. Halverwege Suddenly Everything begon ik aan mijn allereerste keyboardje te denken. Daar zat een demo-knop op, die allerlei funk-thema’s (Cameo, James Brown) in de blender gooide. Precies één keer leuk. En je kon niet eens meespelen. Pas helemaal aan het eind laat Sedgley deze luisteraar echt opveren met wat spacy pads, zowaar wat jazzy programming (daarvoor is het allemaal rechtuit) en zelfs zijn vaste vocaliste Tasita weet de juiste van Goldie‘s Timeless geleende sfeer te benaderen. Zelfs de kabbelende golven ontbreken niet.
mij=Jalapeno
4 reacties