Lijstjesmania; het Duitse 'schwarze Szene'-tijdschrift Sonic Seducer heeft er deze zomer een hele special aan besteed. Dat levert ruim honderd leuke lijstjes op van mijlpalen, scheidingsplaten, covers, vleermuishoezen, favoriete albumopeners, androgyne frontmannen, net-niet gebruikte bandnamen, 26 Lacrimosa-liedjes met het woord “licht” in hun songtekst, enzovoort. Het feest begint echter met een top 8 van “frontmannen die hadden gewild dat ze Dave Gahan waren”, en op nummer 1 van de Depeche Mode-wannabe's prijkt dan Steve Naghavi, de zanger van And One. Omschrijving: “Geen geheim. Zijn vroegere kleding en recente uitlatingen in interviews laten geen twijfel. Een derde van de songs klinkt als Depeche Mode anno 1984, Naghavi heeft al een covertoer gedaan en is groot fan.” En die schatting van een derde is mijns inziens niet overdreven. Toch is het iets te makkelijk om And One neer te zetten als een Duitse Depeche Mode-kloon die begon in 1989. Daar zijn de songs te goed voor. Ja, de band maakt al jaren lekker duistere synthpop met wat NIN-geluidjes her en der, maar Naghavi's zang neigt meer richting Covenant en Crüxshadows, en And One gebruikt soms zóveel synthesizers dat de Pet Shop Boys ook niet ver weg zijn. Waar de vorige plaat Tanzomat uit 2011 met al die ingrediënten niet echt indruk maakte, word ik van het onlangs uitgekomen S.T.O.P. wel blij. Dit nieuwe album markeert de tweede grote wissel in de bandbezetting, waarbij Joke Jay en Rick Schah voor het eerst sinds 2001 weer aantreden – de vertrekkende Gio van Oli en Chris Ruiz startten intussen de wat hardere band PAKT – en precies nu komt And One met hooks aanzetten die alle voornoemde grote popbands niet zouden misstaan (“Killing The Mercy”, “Back Home”, “S.T.O.P. The Sun”). Innovatief, zoals Depeche Mode zelf, is deze muziek zeker niet te noemen, maar dat lijkt ook niet de bedoeling. Het is eerder dat Steve Naghavi zelf zo in de jaren tachtig hangt, letters scandeert, zichzelf op de hak neemt en teveel aan zijn format hangt (inclusief die lelijke, kunstmatige, tweederangs albumcovers), anders konden sommige songs zo de radio op. And One is typisch zo'n band die festivals als Amphi en Summer Darkness eigenlijk ontgroeid zou moeten zijn, maar door zijn anti-hipheid en het gebrek aan een absolute hit juist nieuwe fans tot de scene aantrekt – in tegenstelling tot Depeche Mode zelf. Daarvoor past respect. En ook muzikaal gezien verdient S.T.O.P. een +1.
mij=SPV
Clipje bij “Killing the Mercy” die eigenlijk deze hele recensie samenvat:
http://www.youtube.com/watch?v=gpeuV_8imdI