Zo kan het soms gaan: je hebt als producers een te gek plan in je hoofd voor muziek die gebaseerd is op campy bigband-jazz en hippe beats, maar je vindt niemand die erin geïnteresseerd is. Of het zelfs wil zingen. Dan loop je per ongeluk de juiste stem tegen het lijf, die net dat beetje magie meegeeft aan je eerste nummer. Dan staan er plotseling een hele hoop wegwijzers de goede kant op, zodat de juiste mensen worden bereikt die jouw concept naar grote hoogten opstuwen. Dus staat Caro Emerald nu aan de vooravond van een lange clubtour, met twee dikke hits in haar achterzak. Producers David Schreurs en Jan van Wieringen zullen inmiddels eelt op hun handen hebben van al die keren dat ze hebben ge-high-five’t in de afgelopen maanden. Dat hun concept niet zo heel nieuw is, Hooverphonic en Dr Buzzard’s Original Savannah Band dringen zich op als referenties, doet niets af aan de dik verdiende hits. Met uitzondering van “That Man” staat er verder eerlijk gezegd niet nog een geheide hit op dit album Deleted Scenes From The Cutting Room Floor. Nummers als “Dr Wanna Do” en de Bond-filmthemapastiche “The Lipstick on his Collar” drijven teveel op een leuk conceptje dan dat het sterke liedjes zijn. Veel reserve vervaagt echter dankzij Caro Emerald, die haar prachtige stem prima beheerst en zo mindere nummers toch kan laten glimmen.
Achter Diane Birch staat ook een producersduo, met een wat imposanter cv dan dat achter Emerald. Steve Greenberg en Betty Wright (de laatste was geen onverdienstelijk soulzangeres) lieten eerder het ruwe diamantje Joss Stone schitteren op haar eerste (en beste) album. Birch is de dochter van dominee die het gezin de halve wereld liet overtrekken voordat ze wortel schoten in Portland, Oregon. In haar jeugd heeft ze nooit naar popmuziek mogen luisteren, schade die ze blijkens dit album Bible Belt behoorlijk heeft ingehaald. Met name soul, New-Orleansfunk en gospel moeten in het cd-spelertje van Birch hebben gezeten, en haar hartje is ondertussen ook wel een paar keer gebroken. Althans, daar zingt ze toch tamelijk overtuigend over in nummers als “Fools” en “Nothing Like a Miracle”. Als u en ik met drumgodin Cindy Blackman (uit de band van Lenny Kravitz) en basheld George Porter (Meters) de studio in mochten, zou het resultaat waarschijnlijk ook stukken beter klinken dan wanneer het met de buurjongetjes moest. Maar hebben wij ook zo’n mooi braampje in onze stem, zoals Birch in “Fire Escape”? Kunnen wij ook zo’n mooi liedje schrijven over onze teenage goth-fase, zoals “Don’t Wait Up”? En swingen onze nummers ook zoals “Valentino”? Joss Stone is mooier dan Birch, maar muzikaal een stuk saaier. Deze zangeres gaat nog meer mooie platen maken.
mij=Grand Mono & EMI
Ik word heel blij van de Herr Styler-remix van “Back it up”: http://www.youtube.com/watch?v=AZUi4qmF9dk