Het maken van een nieuw Coheed and Cambria album, dat is niet even de studio induiken, een stuk of tien songs opnemen en vervolgens een cd-tje laten persen door een drukkerij. Nee, als Coheed And Cambria een album opneemt dan gebeurt dit vanuit een breder perspectief en afraffelen hoort daar niet bij. Het maken van een cd begint met het tekenen van een stripboek door zanger en gitarist Claudio Sanchez. Met dat als uitgangspunt gaan deze proggers aan de slag. Dit gekozen stramien klinkt misschien ambitieus en pretentieus, het werkt gezien de hoge kwaliteit die de band aan albums afgeleverd heeft de afgelopen tien jaar prima. Ook op hun vijfde album Year Of The Black Rainbow valt weer zo goed als niets aan te merken. Het is de afsluiting van het Amory Wars project, al is het in feite de proloog van de cyclus. Nieuw in de gelederen is de voormalige Dillinger Escape Plan-drummer Chris Pennie, maar dat verandert de sound van Coheed verder overigens niet. De progressieve emo is gewoon gebleven zoals ‘ie was. Dat zou een niet-verstaander kunnen zien als een manco, maar ik vind de variatie in de songs dik in orde. Zo is er het verrassend sterke melancholische “Pearl Of The Stars” dat vanuit een akoestische basis geleidelijk uitbouwt naar een ballad waar menig met poedelkapsel gesierde hardrocker jaloers op zou moeten zijn. Dat staat dan lijnrecht tegenover de bijna Mars Volta-achtige rocker “World Of Lines” die scherp je speakers uit knalt. Of neem de dichtgepakte gitaarlijnen in “Here We Are Juggernaut” dat daardoor een intense dreiging krijgt die explodeert in een pakkend, zo meezingbaar refrein. Wat dat betreft staat Coheed And Cambria nog steeds bol van ambitie, maar maken ze deze wederom waar. Dat is een prestatie an sich.
mij=Roadrunner / CNR