Ik keek eigenlijk best wel uit naar nieuw materiaal van Pele. Ik had ooit hun plaat uit de schappen gevist voor enkele eurootjes en dat bleek een uitstekend gokje. Experimentele jazzy indie-instrumentals; en er was duidelijk over nagedacht. Dat kan ik nou niet gelijk zeggen over dit nieuwe project van de leden van (voorheen) Pele: Collections of Colonies of Bees. Wat de heren Rosenau, Mueller, Minor en Schoenecker nu op cd hebben gekwakt is overduidelijk niet echt nagedacht, of wellicht te lang. Gitaargefreubel, elektronica en complexe drumritmes lijken zich soms volstrekt langs elkaar heen te bewegen. Na enkele luisterbeurten beginnen enkele themaatjes en ideeën elkaar de handen te schudden en dreigt er iets moois te gaan gebeuren. Helaas is dan er altijd weer een te dik aangezette sampletrack of een compleet ritmeloos drumpatroon om alle schoonheid voortijdig de kop in te drukken. Mag het de volgende keer iets gestructureerder wellicht? De titels van de nummers helpen ook niet echt: tracks 1 tot en met 9 heten allemaal “Fun”, track 10 heet “Funeral”. Leuk, maar waarom? Nog belangrijker: voor wie wordt dit gemaakt? Ik kan deze experimenteerzucht wel aanbevelen hoor, maar zorg dan wel dat je 7 joints achter de kiezen hebt. Wellicht valt in desbetreffende wazige toestand dan wel dat befaamde kwartje. Hetzelfde geldstuk heb ik nog wel over voor dit schijfje, maar ook niet veel meer. Dus. Voor diegene die nogal wat uitdaging zoeken: dit is KUNST met de hoofdletter “K”. Zelf denk ik er echter over om de N en de S te schrappen.
mij=Polyvinyl