Onderkoelde indiepop, licht melancholisch, bijzonder kaal gearrangeerd en met een geluid dat vooral in de jaren tachtig populair was. Tel daar bij op de schijnbare koude stem van Jennifer Moore en de belangrijkste referentie is The Young Marble Giants . Maar waar die band de combinatie gitaar, bas, drums-uit-een-doosje combineerde met een wrak orgeltje (en dito productie), pakt het duo Jennifer Moore (zang/gitaar) en Adam Jones (drums/toetsen) het nog minimaler aan. Vaak met niet meer dan een paar noten op een speelgoedachtig pianootje, een paar percussietikken en wat basnoten, soms aangevuld met een gitaarlick. En daarmee dan negen afwisselende tracks maken – het is niet iedereen gegeven. De sfeer is soms de sprookjesachtige van Beach House, dan weer die van de kille postpunk- en wave-jaren in Engeland. Maar Deep Time (tot voor kort heetten ze Yellow Fever) komt wel degelijk uit de Verenigde Staten (Austin, Texas) en brengt dit album zowaar uit op Hardly Art, het sublabel van Subpop dat tegenwoordig lijkt te grossieren in opvallende pop die leunt op een eerder tijdperk (recent Unnatural Helpers en Broken Water). Check overigens ook Kleenex / LiLiPut en The Slits als je zoekt naar referenties of soortgelijke geluiden. Bands die in elk geval eenvoudiger te vinden zijn met Google dan Deep Time.
Mij=Hardly Art / Konkurrent
4 reacties