‘Mijn naam is Reilly Diefenbach en ik baal. U kent mij van stem. Ja inderdaad, dat was ik, daar in Fargo. Op een bepaald moment werd ik gebeld door een Deen, Allan Mattson. In halfbakken Engels zei hij dat hij me cool vond. Hij vertelde me dat hij in een bandje zat en dat ze instrumentale psychedelische muziek maakten, maar nog geen naam hadden. Daarom wilde hij zijn bandje naar mij vernoemen. Ik dacht: “Ach instrumentale muziek, dat kan best.” Mensen kennen mij alleen van stem en dan een instrumentale band. Dat is grappig en mysterieus. Ik stemde dus toe en niet veel later las ik mijn eigen naam terug op een cd die Allan mij toestuurde. Ik beluisterde de plaat een paar keer, maar vond deze niet bijzonder. Ik las verder nergens wat over ze en vond het verder wel best. Dan maar geen mysterie. Vorig jaar kreeg ik hun tweede plaat Run Trip Fall in de bus. Toen zong die Allan ineens. Dat vond ik niet echt leuk. Mijn stem is immers heel anders. Vorige week plofte Set and Drift, hun nieuwe plaat in de bus. Mattson zingt nog veel meer en de muziek is weer beter. De band is nu een soort Deense New Order geworden, maar niet zo catchy als bijvoorbeeld Carpark North. De single (“Favourite Friend”) is een apart verhaal: die lijkt meer op Depeche Mode. Dus melodieuze rocksongs met veel beats en elektronica. Flirten met post-rock en shoegazer, maar ook iets dancerigs. Ik vrees dat ze bekend worden en daarom ga dus mijn advocaat bellen. Want, Diefenbach dat moet voor mij, man uit Fargo, staan. Niet voor een stel Deense snotjongens. Mijn naam is Reilly Diefenbach en ik baal.’
mij=Wall of Sound / PIAS