Ik kom aan via een weg vol natgezwommen festivalgangers op een Haldern dat een lawine aan programma verschuivingen ondergaan heeft. Terwijl we dit even matchen met onze eigen lijst van dingen die gedaan moeten worden en hardop mee (klagen) denken met de festival leiding -al cappuccino drinkend en mokkend- viel de verbaal-doorgegeven wijziging dat Bon Iver zo meteen al speelt en niet vanavond niet in goede aarde.
Dat door alle omzettingen ons van te voren zo goed uitgekiende kijk- en luisterschema in het (zwem)water viel en we bijvoorbeeld nauwelijks in staat zouden zijn te genieten van William Fitzsimmons, was al helemaal niet bevorderlijk voor mijn ochtend humeur om maar te zwijgen van Dennis die volgens zijn interne klok net naar bed had moeten gaan.
mij=Door: Andrew. Foto's: Dennis
Dientengevolge weiger ik om van mijn plek te komen om naar Grizzly Bear te gaan kijken. Ik zit lekker in de zon en kan het horen wat ik eigenlijk al erg genoeg vind. Een brij van geluid schalt over het veld, dat of briljant is óf beroerd. Het kan dat mijn indie-baard niet lang genoeg is maar ik hoor het niet, ik voel het niet, en het raakt me al helemaal niet. Waarom deze mensen reeds bejubeld zijn als Het Volgende Grote Ding is mij volkomen vreemd.
Dan William Fitzsimmons, die alles is wat voornoemde band niet is. Hoewel hij ontkent dat hij hier is to rock our faces off, doet hij dat dus op zijn geheel eigen wijze wel. William is de muziek die hij maakt, en de muziek die hij maakt is William: rustig, ingetogen, met diepgang en boordevol emotie. Een mooie stem en kundig gitaarwerk. Ik baal ook als een stekker dat ik weg moet, want door het gewijzigde programma staat Bon Iver nu op het hoofdpodium.
Tijdens de soundcheck van Bon Iver, waarbij wat hardnekkige technische issues moesten worden opgelost, sta ik recht voor het podium te popelen dat het gaat beginnen. Bon Iver is de band waarvoor ik sowieso naar Haldern zou zijn gekomen en samen met een grote groep medestanders onderga ik de ongelooflijke stem en wereldspel van deze band, nu en dan gekoeld door een barrage waterballonnen uit onbekende bron. Ik vind het geweldig en hoewel ik even moet vluchten om Hjaltalίn te kijken ben ik op tijd terug om in de ondergaande zon mee te maken hoe Bon Iver als slot het nummer “Wolves” vertolkt en daarbij de hulp van het publiek inschakelt om het te vervolmaken. Instant kippenvel, geweldig optreden. De fotograaf naast mij laat zich zowaar ontvallen dat het nu al een significant betere dag is dan gisteren en ik sluit me daar van harte bij aan.
Hjaltalίn in de Spiegeltent is even iets anders. Een band die met een hobo uitgerust is, verdient extra aandacht en de energieke IJslanders maken met zeven man sterk, makkelijk verteerbare muziek die door de volgepakte tent graag verorbert wordt. De voetjes gaan van de vloer in de spiegeltent, maar ik blijf niet lang en terug bij de hoofdbühne kijken we Bon Iver af om daarna een koffie te pakken.
We zijn daar dus nog mee bezig als plotseling The Thermals binnen een halve minuut aangekondigd worden en aftrappen met het eerste nummer. Terwijl het publiek nog aan komt rennen, wordt het eerste nummer afgeraffelt en het volgende van punk doorspekte nummer laat de mensenmassa behoorlijk in beroering komen. De aanwezigheid van een videocamera in de pit voor het podium perst nog meer energie uit de zonverbrande menigte, maar ik vind ze nogal formularisch en dus vertrek ik na drie nummers om wederom koffie te halen en dat op een fijn plekje op te drinken. Helaas wordt dat genieten verstoord door The Thermals cover van Sonic Youth's “100%” wat dan wel weer leuke gedachten oplevert over hoe hard laatstgenoemde, voornoemdes kont zou schoppen, ook al zijn ze ondertussen ruim in de 50. Lang verhaal korter is dat bijvoorbeeld poppypunkpret band The Subways live aanzienlijk leuker zijn dan The Thermals, die met een langgerekt optreden bewijzen dat ze nogal eentonig zijn.
Terug naar de Spiegeltent voor de rest van de avond, als tenminste de programmering niet opnieuw gewijzigd is, en Mumford & Sons laat deze al rockend schudden op z'n funderingen. Iedereen die bij mij in de buurt staat kent alle teksten uit zijn hoofd en de band komt niet alleen over als buitengewoon sympathiek maar tevens even zo kundig op muzikaal gebied. Het publiek beloont de band door grif in te gaan op de getoonde emotie, en ook de jarige bassist meermalen toe te zingen in zowel Engels als Duits. Die emotie is erg aanwezig trouwens, waarbij deze band bewijst het tegenovergestelde te zijn van Loney, Dear. Hier is geen vergeving, er wordt gerelativeerd noch afstand genomen. Hier zijn problemen, liefde, leven en eenzaamheid, en terwijl de volgepakte tent springt vond ik het hier best goed toeven.
Even iets heel anders, zij zegt trouwens zelf ook dat de muziek die ze maakt niet echt rijk vertegenwoordigd is bij Haldern-Pop, maar dat maakt Little Boots die nu het podium betreedt helemaal niets uit. In een.. Zal ik het zeggen? Ja! Verrassend lekkere show knalt Victoria in een kleine 45 minuten door haar repertoire en het publiek smult van de electro..euh dance? Dancepop? Nou ja, labels, who cares? Anyway, Storm heeft het dus helemaal mis met zijn Ternheim-liefde (ik zeg het maar even: dat wordt niets man). Nee, Little Boots druk ik aan mijn platonische boezem, nu ik haar in levende lijve heb meegemaakt. Niet vanwege haar niet-onaanzienlijke charmes, maar vanwege de wijze waarop ze na het starten van een programma op haar tenori-on naar haar synth rende om weer een nieuw nummer in te zetten. Ieder zijn ding, en gezien de hoeveelheid stalkers… erm… fans in de tent op dat moment ben ik nog betrekkelijk normaal. Samengevat, beste lezer, ze ziet er leuk uit en maakt dansbare electro die, toeggegeven, hier en daar zelfs misschien een beetje cheesy is… Maar toch… Erg leuk en ze valt niet eens zo erg uit de toon op een festival als Haldern-Pop.
Iets dat echt compleet anders nu en wel in de vorm van BLK JKS. Vanuit een woud van standaarden en draden maken deze vier mannen iets dat ik nog nooit eerder heb gehoord en ik heb maar post-reggae verzonnen om het in te kaderen. Deze band, die zwaar steunt op een werkelijk jaw-dropping drummer, is echt waanzinnig. Instrumentaal, niet instrumentaal, alle nummers vloeien in elkaar over en ik ben blown away. Mocht je in de gelegenheid zijn om deze mannen te gaan zien raad ik je absoluut aan om dat te doen.
Van het ene bijzondere in het andere. Als aflsuiter speelt, last-but-not-least, Health . Na de soundcheck die al bijna net zo bijzonder was, barst tijdens het echte optreden een portie supersonische geweld los dat geen grenzen lijkt te kennen. Moeilijk te vergelijken en de beste referentie die ik heb is een optreden van de Fuck Buttons dat ik ooit eens gezien heb. Maar daar waar de Buttons het doen met zuiver elektronica, doet Health het met alles wat ze hebben aan instrumenten, stemmen, lichamen, effect-banken, geknield, rond springend, you name it! Zij hebben er wel een plek voor. Na een kordaat 'Hi, we're Health from Los Angeles thanks for letting us headline your festival!' wordt er een orenwringende wiskundige vergelijking in audiovorm op je los gelaten en je moet maar kijken wat je er mee doet. Het is duidelijk iets te veel voor de meeste vermoeide indie-/hippie-/Haldern-types, maar voor mij een onverwachte leuke kennismaking en een afscheid in één, want Health is een mega-vette band, en Haldern was een leuk festival dat via deze laatste band met een klapper is geëindigd.
Leuk feest. Mooi verhaal ook. Heb genoten bij Grizzly Bear en the Thermals, viel in slaap bij Bon Iver en BLK JKS was een openbaring! Ik mis alleen de cirkelzaag op de foto van HEALTH. ER was toch ‘n cirkelzaag..? weet zeker dat ik ‘m hoorde. Sterker nog: ik hoor ‘m nog steeds.
Ja maar…Victoria is al voor mij hoor…
En in de serie appels met peren vergelijken, vandaag: Little Boots en Anna Ternheim
@Andre: Ik houd van beide 🙂
@Storm: precies wat ik bedoelde 😉
thanks nssn 🙂 en allen, tja, ik houdt ook van afwisseling in mijn fruitschaal heh. helaas ligt daar slechts een pakje kauwgom in momenteel :/
maar verder prima verslag Andrew. Leuk om te lezen!
thanks Andre 🙂
feedback *altijd* welkom!
Leuk verslag! Mis alleen Andrew Bird (een van mijn redenen om naar Haldern te gaan)
hehe betrapt! deze staat er niet bij omdat ik het optreden slechts heel in de verte heb gehoord daar zijn toevoeging van fluiten aan zijn muziek me echt waaaaaaaaanzinnig op de zenuwen werkt!
Ik vind de man ongelovelijk getalenteerd, bijna op het extreme af, en als ie nou eens niet zou fluiten…;)