Kiss kan zonder meer beschouwd worden als de meest verguisde en tegelijkertijd meest geroemde band aller tijden. Immens populair in de jaren zeventig en door velen met de nek aangekeken in de daarop volgende decennia vanwege een vermeende commerciële knieval. Niettemin bleef het bedrijf Kiss, hoewel wankel, op het zelfopgerichte voetstuk staan en zagen geregeld nieuwe borelingen het licht. Dat die niet altijd een succesnummer waren, deerde de vier geschminkte heren zelf nog het minst aangezien eigenzinnigheid tot een kunst verheven werd in een muzikaal universum dat doorgaans wars is van veranderingen. Ook op Monster doorbreekt Kiss het verwachtingspatroon door niet klakkeloos voort te borduren op voorganger Sonic Boom. Het album is beduidend harder en grijpt terug naar de hoogtijdagen van het prille begin met op Engelse leest gestoelde seventies rock zoals die gespeeld werd door grootheden als Led Zeppelin en The Who. Gitarist Tommy Thayer speelt hierbij een vooraanstaande rol. Liet hij zich op Sonic Boom nog inspireren door de nalatenschap van Ace Frehley, ditmaal gaat hij zich te buiten aan flitsende solo's van eigen hand, waardoor het album een grote meerwaarde verkrijgt. Met Monster speelt Kiss zich weer flink in de kijker en laat het zien dat heren op leeftijd zeker voor het nodige leven in de hardrockbrouwerij kunnen zorgen. Let bij eventuele aanschaf op de speciale 3-D cover.
mij=Simstan Music
Led Zeppelin en The Who? Echt? Kiss heeft de glam naar de VS geimporteerd en dat geperfectioneerd tot popmuziek op hoog volume. Dit album is prima en de heavy mix is niet vervelend, maar het is nog steeds glam en geen bluesgeorienteerde rock. Niet verrassend, wel goed.