Een Duitse band, bestaande uit een roedel jonge honden met een gemiddelde leeftijd van rond de twintig. Met de dodelijke precisie van een Tiger Tank vuurt dit kwartet voormalige Blues Kids een tiental granaten van het merk sleazerock op de argeloze luisteraar af. Slechts in het afsluitende “Six Feet Under” wordt even gas teruggenomen om de murw gebeukte trommelvliezen de broodnodige rust te verschaffen. Voorts is het enkel lichtvoetige, door testosteron gedreven spierballenrock wat de klok slaat op dit Money, Sex and Power. Het is alweer hun derde album en meteen het meest evenwichtige. Waar eerdere borelingen nog gebukt gingen onder het gewicht van een scala aan breed uitwaaierende invloeden, is dit manco ditmaal vakkundig omzeild door de pijlen eensgezind te richten op prettig in het gehoor liggende klanken in het straatje van Mötley Crüe mid jaren tachtig. Het geheel klinkt luchtig en is gegoten in een strak keurslijf van stuwende riffs en toegankelijke harmonieën die zich tijdens de eerste beluistering al in het geheugen griffen. Verwacht geen technische hoogstandjes of overbodige tierelantijnen op dit schijfje – alles staat in dienst van het resultaat – en ervaar de muziek als een op hol geslagen tank die in krap veertig minuten voortdendert langs alle bekende clichés van de sleazerock. Zoals Sjef van Oekel ooit al doeltreffend opmerkte: 'Warm, maar wel lekker!'
mij=AFM
4 reacties