Midlake uit Denton, Texas is altijd zo’n band geweest die werkt binnen een bepaald kader. De band begint als geestverwant van Radiohead en The Flaming Lips met het experimentele Bamnan and Slivercork. De definitieve doorbraak komt in de vorm van The Trials of Van Occupanther, een plaat die teruggrijpt naar de West Coast-softrock uit de jaren zeventig. Bij het derde album The Courage of Others doet Midlake weer een gooi naar de Britse folk van eind jaren zestig. De muzikale richting van de band wordt grotendeels bepaald door datgene waar frontman en kluizenaar Tim Smith zich door liet inspireren. Tot nu, dan.
Tijdens het maken van de opvolger is de maat vol voor Smith. Na een frustrerende dag in de studio stuurt hij een lange e-mail naar zijn bandgenoten waarin hij zijn vertrek uit Midlake aankondigt. Volgens drummer McKenzie Smith (geen familie overigens) – met biertje en sigaret op het terras van het Lloyd Hotel in Amsterdam – kwam dat niet geheel onverwacht. ‘Tim hield nooit van touren, tv-optredens of pers doen. Zijn passie lag altijd bij het schrijven van muziek in zijn eigen huis. Hij teert op de simpele idealen in het leven. Jarenlang met een band de wereld rondreizen was voor hem niet de meest idyllische situatie. Het eiste op een geven moment zijn tol.’
Volgens McKenzie omarmde de rest van de band die ‘on the road’-leefstijl juist wel. Hierdoor ontstond nogal wat wrijving. ‘Tim schreef alle liedjes, dus in zekere zin had hij die controle over ons. Volgens mij had hij daar zelf ook een ontzettende hekel aan. Want aan de ene kant wilde hij niet oneerlijk zijn, maar tegelijkertijd streefde hij heel doortastend zijn eigen gevoel achterna. Het feit dat hij überhaupt mee op tour ging, daar moesten we dan tevreden mee zijn. Wij hebben dit eigenlijk heel lang moeten accepteren. Maar uiteindelijk wilden wij niets inleveren.’ Een breuk zonder enige rancune, benadrukt McKenzie, maar een gevalletje ‘tot-hier-en-niet-verder’.
mij=Interview: Jasper Illustratie: Aimée de Jongh
Verder
Het is eerder regel dan uitzondering dat het vertrek van de belangrijkste songwriter in een band evenredig is aan de onthoofding van een slang. Waar de meeste bands de stekker eruit trekken, gaan sommige bands verder onder een nieuwe naam, met nieuwe muziek. Midlake besloot echter haar naam te behouden en een compleet nieuw album te schrijven. De wat meer extraverte Eric Pulido neemt nu de leadzang over. ‘We hebben zodanig veel in Midlake geïnvesteerd dat het een verspilling zou zijn de handdoek in de ring te gooien’, legt McKenzie uit. ‘We hadden al heel snel besloten het materiaal dat we met Tim schreven te schrappen en opnieuw te beginnen.’ Die beslissing resulteerde in het vierde album Antiphon.
Ontketend van het Tim Smith-bewind benaderde Midlake het schrijfproces een stuk vrijer en onbevangener. Geen kaders, maar een ratjetoe van alle invloeden die Midlake door de jaren heeft laten doorsijpelen: psychedelische rock, progrock a la de vroegere King Crimson-albums en de akoestische folk die zo kenmerkend was op The Courage of Others. Het voelt als een meer intuïtieve plaat, benadrukt door de venijnige instrumentale jam “Vale” – ironisch genoeg het enige liedje op Antiphon waar Tim Smith een hand in had. ‘Als we hetzelfde muzikale pad hadden gevolgd zonder Tim, zouden we slechts een derderangs versie zijn van datgene waar Tim juist in excelleert. Dus we vroegen aan onszelf wat we A, precies mooi vonden en B, wat er nog ontbrak. Paul (Alexander, bas) en ik hadden voorheen op slechts sporadische momenten de gelegenheid onszelf met onze respectievelijke instrumenten uit te drukken.’
Tegenwoordig denkt Midlake meer ‘out of the box’ en hanteert vooral een meer democratische modus operandi. Een gewaarwording voor McKenzie persoonlijk, die als sessiemuzikant vaak in dienst treedt van artiesten als St. Vincent, John Grant, Israel Nash Gripka en Son Lux. ‘Het is over het algemeen aan gezondere werkomgeving als je de vrijheid krijgt mogelijkheden te verkennen die je eerder niet tot je beschikking had. Het was soms best eng, maar tegelijkertijd ook spannend. Want het voelde alsof er een hele nieuwe wereld voor ons open ging.’
De stelling of het Midlake zou lukken dezelfde animo zal trekken in het post-Tim Smith tijdperk is iets waar de band lang op mediteerde. ‘Tim is een geweldige songwriter en zijn aandeel in Midlake was gigantisch. Verder gaan zonder hem, daar komt veel onzekerheid bij kijken. Maar we zijn dolbij dat de reacties tot dusver positief zijn sinds we de eerste single (“Antiphon”) uitbrachten. We hebben een paar mooie shows gedaan, ons label Bella Union is er blij mee en wil ons nog steeds uitbrengen. Onze manager gelooft nog in ons, onze boeker gelooft nog in ons. Dus we krijgen langzaam maar zeker bevestiging dat we de juiste beslissing hebben genomen.’
The Midlake Bar
Het tussen het schrijven en opnemen van Antiphon opende Midlake een kleine pub het centrum van Denton: Paschall Bar, vernoemd naar een voormalig eigenaar die de ruimte in 1877 beheerde. McKenzie: ‘Het leek ons een mooi initiatief. We kregen de mogelijkheid toegediend wat geld in te zamelen om te investeren in een locatie die al bestond. Toen besloten we maar zelf het pand te kopen en er plezier mee te hebben. Er moest veel aan gebeuren, waardoor we de sessies voor Antiphon tijdelijk stil moesten leggen. Sinds we open zijn draait de boel goed. Ieder van ons krijgt elke maand een bescheiden inkomen. Het is een kleine tent, dus rijk zullen we er nooit van worden. Maar het helpt wel als je extra inkomsten kan genereren, vooral als je een paar jaar lang niet op tour bent geweest. Want als muzikant valt daar tegenwoordig het meeste uit te halen. Maar naast het feit dat het geld oplevert dragen we op deze manier bij aan onze gemeenschap, want Denton is een fijne stad om in te leven.’
McKenzie geeft toe dat de naamsbekendheid van Midlake zo nu en dan nieuwsgierige bezoekers trekt. ‘Laatst hadden we twee Ierse meisjes op bezoek die naar Texas gingen om de befaamde Midlake Bar te bezoeken. Wij waren toen toevallig aanwezig. Dat terwijl we Paschall Bar niet als zodanig adverteren. Maar het is altijd grappig dat mensen je toch weten te vinden.’
De bandleden van Midlake hebben allemaal eigen projecten om rond te komen. McKenzie: ‘We hebben absoluut een entrepreneur-mentaliteit. De laarzen die ik nu aan heb, bijvoorbeeld, zijn afkomstig van een bedrijf genaamd Helm Boots uit Austin, Texas. We hebben 1 procent van dit bedrijft gekocht.’ Onlangs opende McKenzie een opnamestudio met Midlake-gitarist Joey McClellan: Redwood Studios. Hier produceert en mixt het duo platen van andere artiesten, waaronder Sarah Jaffe, Jason Holt en Daniel Hart. ‘Afgelopen zomer hadden we een hele goede Zweedse singer-songwriter op bezoek, Johan Orjannson. Joey en ik hebben hem ontmoet tijdens een show met Israel Nash Gripka. Johan speelde die avond in het voorprogramma. Hij wilde heel graag dat wij zijn album produceerden. We zijn in contact gebleven.’
De verscheidenheid aan ondernemingen zijn volgens McKenzie vooral bedoeld met oog op de toekomst. ‘Als ik ooit kinderen krijg wil ik hun studie kunnen betalen…en later voor hun bruiloft. Het wordt steeds moeilijker om in de muziek je brood te verdienen. We zitten nu net in het stadium waar de band geld oplevert, maar bijna net zoveel geld kost om op poten te zetten. Nu is het een kwestie van doorzetten en hopen dat de vruchten afwerpen. Maar goed: ik kan hoe dan ook altijd zeggen dat ik de hele wereld mag rondreizen, te gekke shows kan spelen en ondertussen veel vrienden maak waarmee ik mooie herinneringen deel!’ (lacht).
4 reacties