MONO – Pilgrimage of the Soul

Ik roep wel eens dat mijn kwalitatief goede oordoppen goud waard zijn, maar dan moet je ze niet vergeten mee te nemen. En al helemaal niet bij het Japanse MONO. In Doornroosje werd ik er weer eens aan herinnerd hoe hard en lelijk scherp de muziek dan binnen kan komen. Misschien dat je trommelvliezen zich op een gegeven moment ook echt schrap zetten voor de harde passages, waardoor je minder nuance hoort. Nu is dynamiek bij MONO wel een unique selling point. Volgens eigen zeggen is Pilgrimage of the Soul zelfs dynamischer dan ooit. Het is het 11e studioalbum van het kwartet in hun 22-jarig bestaan en werd opgenomen in de zomer van 2020, toen er vanwege de pandemie ook geen optredens waren. Volgens de beschrijving zit er naast nieuwe elektronica ook snellere ritmes in, beïnvloed door disco en techno. Dat belooft wat, maar om het ‘the most unexpected MONO album to date’ gaat ook wat ver in mijn optiek. Er zitten zeker een aantal nieuwe elementen in, maar de bekende hard/zacht-tegenstelling van de post-rockers is herkenbaar uit duizenden en genoeg te vinden op het album. Ik had in het verleden ook nog wel eens een probleem met die zoetgevooisde melodieën, maar het valt me hier wel mee. Het hele album is behoorlijk goed in evenwicht en bovendien weer uitstekend geproduceerd door meesterproducer Steve Albini. Goed, ik vind een nummer als “Heaven in a Wild Flower” nog steeds een beetje soft melancholisch melodrama, dat me ergens deed denken aan een zielig fragment uit Forrest Gump, maar vraag me niet waarom. Het lijkt wel een tof trompetje te bevatten trouwens. “And Eternity in an Hour” is ook te simpel en overdreven weemoedig, al hou ik wel erg van het pianospel als afwisseling bij deze band. Dat spel is ongetwijfeld gespeeld door bassiste Tamaki Kunishi, die op het vorige Nowhere Now Here ook nog een nummer zong, maar dat experiment vonden ze blijkbaar minder geslaagd om te herhalen. Sommige lange stukken neigen saai te worden, maar toch zit er genoeg variatie en – inderdaad – dynamiek in, al heb ik nog niet ontdekt waar de disco en house zich dan zouden moet bevinden. Nou goed, het mooiste voorbeeld van een ‘net iets anders’-MONO vind ik “Imperfect Things” dat rustig begint maar ook rustige herhalende synth-tonen bevat dat wat doet denken aan Philip Glass. Hier wordt een mooie spanningsboog opgebouwd, waarbij er op de helft van het nummer door de drums opeens een lekkere dansbare schwung aan wordt gegeven. Och ja, zou dat de disco zijn? Zoiets verrassends zit er ook in “Hold Infinity in the Palm of Your Hand”. Het lange nummer heeft nogal een lange aanloop, maar de zoete xylofoon wordt mooi omhuld door een licht schurend elektronisch geluid. Hier gaan ze ook nog eens van lome, logge drums naar een snel marcherend tempo op het einde. Uiteraard eindigt het dan in een crescendo van schurende gitaren en zoete violen; het blijft MONO natuurlijk. Het meest geslaagde typische MONO-nummer vind ik de opener “Riptide”, dat ook rustig begint maar met een snoeiharde overgang overgaat in messcherpe post-metal noise. Ergens moet het bloed toch uit je oren spuiten als je je oordoppen bent vergeten, laat dat maar aan MONO over. Grotesk als altijd dus weer dit MONO, superhard of mierzoet. Of allebei. Ik word aardig meegetrokken in de verschillende emoties op Pilgrimage of the Soul en van mij mogen de ze het experiment nog wel vaker opzoeken om wat voorspelbaarheid te voorkomen, al moet je je eigen geluid ook niet zomaar met het badwater weggooien natuurlijk.

Pelagic

File: Pilgrimage of the Soul
File Under: Grotesk
File Music: [Bandcamp]
File Social: [Facebook] [Instagram] [Twitter]

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Terug naar boven