Ik moest het toch even controleren. Motek, dat was toch een geheel instrumentale post-rockband? Ik wist het vrij zeker, maar omdat het gebruik van zang op Port Sunshine zo natuurlijk aanvoelde, begon ik aan mezelf te twijfelen. Maar ik had gelijk, op hun sterke debuut-cd klonk wel een paar keer een kreet, maar zang kon je het nauwelijks noemen. Overigens vond ik bij hernieuwde beluistering van dat debuut, dat de File Under ‘post-rockerers die mogen blijven’ nog steeds fier overeind stond. Toch is Port Sunshine in alles een slag beter. De band wisselt voortslepende partijen af met frisse nieuwe blikken op wat meer uptempo songs. Die geven in bijvoorbeeld “Combi Collina” door de dreinende synths, de Oosters-getinte loopjes en op de achtergrond staande galmende zang de band zowaar een eigen smoel en dat lukt bij lange na niet alle post-rockbands. Het zou kunnen dat mensen die hun post-rock vooral graag voortdeinend en volgens het vaste hard-zacht-stramien blieven af zullen haken. Al kunnen die hun hart nog wel ophalen in bijvoorbeeld het fenomenale “Corvo” Toch vind ik het wel zo prettig, zo’n band die niet star vasthoudt aan vaste kaders en het avontuur zoekt. Dat valt alleen maar te prijzen. Alleen hoop ik wel voor Motek dat ze live ook de hulp zullen krijgen van het van Zita Swoon geleende kwartet Eva en Kapinga Gysel (achtergrondzang), Joris Caluwaerts (synths) en Amel Serra Garcia (percussie), of in ieder geval adequate vervangers kunnen regelen, zodat ze hier niet alleen maar terug hoeven te vallen op hun ‘oude’ geluid. Maar ik gok dat dat wel goed komt.
mij=Noisesome / EMI