Het eerste waar ik aan denk wanneer ik opener “Odile” hoor van Venus Gets Even, de debuut-cd van de van oorsprong Australische maar inmiddels in Parijs wonende Nadéah Miranda, is Caro Emerald. Het is een vrolijk, cabaret-achtig nummer waarin Nadéah's zwoele stem alle kanten op buigt. Een beetje uit de bocht vliegend en gek. De toon is gezet. Die retro nachtclubsfeer roept ze ook op in “At The Moment” en in “An Asylum On New Year's Eve” lijken op het eind van het nummer de bewoners van het bezongen gesticht los te breken. Gekke tante, die Nadéah! Groot is dan ook mijn verbazing als ik lees dat Nadéah jarenlang deel heeft uitgemaakt van het zwoele popcollectief Nouvelle Vague, dat popklassiekers omtovert tot zwoele liedjes. Zoals Storm destijds al opmerkte zong zij The Police's “So Lonely” zo treurig en verlaten als het nog nooit klonk en maakte zij bijvoorbeeld ook van The Talking Head's “Road To Nowhere” een lome zomersong. Ook deze kant van Nadéah is terug te horen op Venus Gets Even. “Tell Me” en “Suddenly Afternoons” zijn klein en smachtend zwoel. Nadéah wisselt haar theatrale en ingetogen kant goed af op haar debuutalbum en laat horen dat ze ze allebei goed beheerst. Met haar debuutalbum geeft ze een perfect visitekaartje, af dat zich laat beluisteren als een boeiende en gevarieerde avond uit in een rokerige nachtclub.
mij=Dying Giraffe
4 reacties