‘Among those who sleep, I am awake.’ Niels Duffhuës, hij ploegde voort. Ik had zo gehoopt dat hij met zijn uitstekende en toegankelijke album Among The Ruins eindelijk écht naam zou maken. Dat we hem plots op de radio en televisie zouden tegenkomen. Maar nee. Vreemd eigenlijk, als je ziet hoeveel lof Nick Cave vorig jaar kreeg toegezongen, met een zoveelste plaat. En Duffhuës ís de Nederlandse Nick Cave. Ik wil het eigenlijk niet benadrukken – hij is óók zichzelf ten slotte – maar misschien is dit toch het juiste moment. Er staat niet voor niets een indiaan die ‘seppuku’ pleegt op het hoesje… Moord en doodslag regeren hier wederom. Duffhuës’ slaat op het vertrouwd zompige There’s A Storm Coming geen nieuwe wegen in. De snaren worden nog steeds geranseld, en hij is nog steeds een onverstaanbare mompelaar. Maar als weinig Nederlandse artiesten kan Duffhuës zijn stem op laten gaan in minimalistisch gitaarspel, en met die paar rudimentaire akkoorden toch een donkere wereld van pijn oproepen. “He Was Dead” is een fantastisch voorbeeld. ‘He was an indian, a red dead indian, and he was strung upon a tree, for all to see.’ Het wordt tijd dat de mensen Duffhuës zien. Levend en wel en kolossaal. Gebogen over zijn gitaar, voeten stevig op de grond, zijn demonen aanjagend.
mij=Eigen beheer
4 reacties