Alleen al voor de grand opening zou ik het album van Okie Rosette niet hebben willen missen. Voor geen goud. Het heet dan ook niet voor niets “Repeat & Fade”. Openingszin: ‘The place smells like bacon and cologne’. Daar hebben ze me al hoor. Maar dan volgen nog vrolijke blazers, een deuntje dat niet uit mijn hoofd wil gaan, en een klein feestje. De toon is gezet! Het zou me niets verbazen als het ook het laatste lied van dit album was. Een beetje musical, een beetje vaudeville, behoorlijk wat indie. Hoop dat Okie – is het een voornaam? – dit een heel album lang volhoudt. “Sing the Hotel” is het lied dat volgt. Opnieuw vrolijk, een stem die raakt aan een heleboel singer-songwriters. Denk aan een kruising tussen een weinig verrotte Syd Barrett en een optimistische Conor Oberst. En de muziek lijkt dan ook wel wat op die van Bright Eyes, maar dan op een kruising met de serieuzere I’m From Barcelona. Ik ben aan het genieten. Bladerend door het cd-boekje blijkt de band ook met een met de Zweden vergelijkbaar aantal bandleden te zijn. Ik tel er veertien die meegewerkt hebben aan het album, waaronder elf vaste bandleden. Een grappige rolverdeling ook, zo blijkt ook al uit het boekje: pump organ donor, practice shed owner, lunch on Belvedere, oohs, ahhs, keys & saws, love, trumpets galore, every guitar in the studio on one song. Ik hou van het soort boekje dat op deze manier lezenswaardig is. En hee, Dee Kesler, mijn held en vriend van Thee More Shallows, doet ook al mee. Het kan niet op. Eigenlijk is Okie Rosette een soort superband, met mijn vrienden en mijn soort van humor. En dan ook nog eens mooie indieliedjes. Ik moest er alleen even aan wennen.
mij=Monotreme / Konkurrent