‘Hmm, funky,’ denk ik als ik het plaatje opzet en verder let ik niet zo goed meer op. Daarvoor word ik gestraft als ik na een verkwikkende douche nietsvermoedend uit de badkamer kom: alle vermeende funkyness is verdwenen en ik hoor een geluid waar ik bang van word. “The Blood and the Milk”, de laatste track van het album, is het meest onheilspellende, apocalyptische einde van een plaat dat ik ooit gehoord heb. Het is het geluid van het vergaan van de wereld: een baritonsax die met de laagste tonen uit het bereik experimenteel balanceert op de draadjes die het orgel uitzet. Ook kan het het geluid zijn dat de copulerende man en vrouw (een hoofd aan de haren in haar hand) met kikkervoeten die de voorkant van het album sieren maken. Het is geen gewoon album, denk ik als ik opnieuw op play druk. De wereld vergaat op 21 december 2012 en mocht iemand er een film van willen maken, dan ligt de soundtrack al klaar. De wereld op 2012 is een monster. Instrumenten op 2012 zijn subversief, geperverteerd en niets is wat het lijkt, of niets lijkt wat het is. Als je niet goed luistert, denk je dat er muziek in deze plaat zit. Er blijkt echter een concept in te zitten. Naast heel veel details – angstaanjagende mondharp, een strotzangerachtige keelstem en veel eigenaardige geluiden die niet meteen te plaatsen zijn – die je pas opvallen bij vaker luisteren. Als je dat durft tenminste. De wereld vergaat immers. En misschien niet pas in 2012, maar elke keer weer als deze plaat gedraaid wordt.
mij=K-recs / Konkurrent