Met een arm vol met scheermesjes, badschuim, keukenrollen en heel veel papieren zakdoeken druk ik de klemmende voordeur van mijn huis open. Het gaat echter niet goed. Alle boodschappen vallen op de grond. Ik zeg lelijke dingen en kan wel huilen. De grens is bereikt. Het is voorlopig wel weer even genoeg. Gelukkig heb ik net zakdoeken gekocht om even te kunnen grienen. Nu is het laatste niet waar, maar de zakdoeken heb ik wel nodig. Er is namelijk weer een onvervalste muzikale tranentrekker binnengekomen die ik mag recenseren. Na eerder dit jaar al recensies geschreven te hebben over emotionele prachtreleases van Bright Eyes en Jason Anderson is het nu de beurt aan de uit Chicago afkomstige Mike Kinsella. Hij maakt onder de naam Owen samen met zijn nicht Nate Kinsella een introverte gitaartokkelplaat die verder ondersteund wordt door zijn breekbare zang. Hieraan wordt op een subtiele manier nog drums en piano toegevoegd. Dit is emotionele muziek die mij helemaal raakt. De schijf duurt echter meer dan 45 minuten. Dit is wel wat veel om mijn stemming nog goed te houden. De zakdoeken komen goed van pas. Ik vraag me ondertussen af waarom ik niet gewoon van hardrock en symfozut houd. Er zitten grenzen aan wat ik emotioneel qua schoonheid nog aan kan.
mij=Polyvinyl / Bertus