Uitgangspunt van de theatershow Harmonium is dat er in de machtige oceaan vol muziek veel liedjes zijn die kopje onder dreigen te gaan, op weg naar vergetelheid. En dat zoiets jammer is. Zingende actrice Ricky Koole, gitaristen Wouter Planteijdt en Eric van Dijsseldonk en bassist/harmoniumspeler Leo Blokhuis trokken en trekken ermee langs de theaters (Planteijdt is inmiddels vervangen door Marcel de Groot). Blokhuis vertelt over weggezakte artiesten als Beth Nielsen Chapman of een liedje als “I Live on the Battlefield” van Nick Lowe, Koole en de gitaristen kleuren in. Eerst was er een intiem studioalbum van Koole (als bonus bijgevoegd), nu is er ook een live-registratie. Daarop is nogmaals te horen hoe geloofwaardig de countrysnik van Koole is, en dat Planteijdt en Van Dijsseldonk meesters zijn op hun instrumenten. Helaas zijn de verhaaltjes van Blokhuis niet bijgeleverd – op zich terecht, want de theatershow loopt nog en je wilt je voorstelling niet op voorhand verklappen. Toch had een summiere toelichting op bijvoorbeeld Bob Dylan’s “Don’t Think Twice, It’s All Right” niet misstaan. Je zou er ook de boeken van Blokhuis bij kunnen pakken, waarin hij dat Dylan-nummer behandelt, en ook “Crossroads” van Robert Johnson. Waaraan Koole zich naar mijn smaak vertilt: ik hoor haar liever niet schreeuwen, maar zachter en weemoediger, zoals in het verpletterend mooie “If He’s Ever Near” van Karla Bonoff.
“If He’s Ever Near” staat ook op Sleeping Beauties, zeg maar de broncode van Harmonium. Twee cd’s met liedjes waar Leo en Ricky een lans voor willen breken, of die zijn aangedragen door Harmonium-bezoekers. Puntig toegelicht, wat een niet te onderschatten meerwaarde geeft. Je kunt een aardig boompje opzetten over de vraag in hoeverre sommige nummers op Sleeping Beauties wel of niet vergeten zijn (“Wild is the Wind” van Bowie, “Northern Sky” van Nick Drake), maar veel liedjes waren een openbaring voor mij. Zoals Marvin Gaye’s “Me and My Lonely Room”, een soort opmaat naar zijn meesterwerk Here, My Dear. Of Janis Ian’s “In the Winter”. B&k houden van verhalende, ambachtelijke en nogal langzame liedjes, wat landerigheid in de hand werkt. Maar grijze dinsdagochtenden worden er wat mij betreft ook heel draaglijk van.
In samenwerking met Universal gaven we enkele exemplaren weg van de verzamelaar Sleeping Beauties. Het enige dat je hiervoor hoefde te doen is een simpele vraag beantwoorden. Daarvoor ben je nu te laat.
mij=Harmonium / Bertus & Universal
Bowie zou willen dat Wild is the Wind van hem is. Het nummer stamt uit 1957, en toen scharrelde Bowie nog wat rond in de zandbak. Het nummer is geschreven voor de film Wild is the Wind en oorspronkelijk uitgevoerd door Johnny Mathis. En een jaar of tien later is het subliem vertolkt door Nina Simone, wat Bowie weer inspireerde om dat nummer op te nemen voor Station to Station.
Om maar aan te geven dat het bepaald geen vergeten nummer is, Reinier. In het boekje, of door mij, wordt ook niet geclaimed dat het van Bowie zou zijn.
Dan ben ik op het verkeerde been gezet door de uitspraak “Wild is the Wind van Bowie” 😉
Misschien moest er “Wild is the Wind” DOOR Bowie staan, offeh “Wild is the Wind” op de Bowie-manier? 🙂
Semantics. Bowie trekt het nummer wel heel erg naar zich toe, dus ‘van Bowie’ klopt wel.
heel goed Guuz.
nooit toegeven.
nooit, nooit toegeven.
Sinds wanneer kan Dylans “Don’t Think Twice, It’s All Right” voor een vergeten nummer doorgaan?! Voor een toelichting op deze song hoef je trouwens (zoals heel vaak het geval is!) niet bij Blokhuis te rade te gaan. Ontstaan en betekenis van Don’t Think Twice…” zijn op 1001 plaatsen gedocumenteerd. Wie niet in de lijvige Dylanbiografieen wil zoeken, kan het verhaal bijvoorbeeld zó opslaan in het gelijknamige boek (“Don’t Think Twice, It’s All Right. The Early Years”) van Andy Gill uit 1998′, waarin de achtergronden van al Dylans songs uit de periode ’61-69 bondig beschreven staan.