Het Zweedse Skogen Brinner noemt zichzelf een ‘pretend band’, een band die vooral een band speelt. Niet zoals Spinal Tap, nee, de heren vinden zichzelf eigenlijk niet goed genoeg voor een band. Okee, ze zullen niet het volgende snoepje van de week worden, maar ik heb al heel wat cd’s besproken die slechter waren dan 1st. Het is degelijke seventies-retrorock, op afsluiter “Speed Freak” na allemaal in het Zweeds gezongen. Tot instrumenten, kleding en haardracht aan toe zijn ze in de zeventiger jaren blijven hangen, maar het klinkt nergens gemaakt of bedacht. De negen tracks halen net de veertig minuten en alleen “Australien” overschrijdt de vijf minuten. En da’s eigenlijk precies goed zo. De hooks zijn goed, de sound is in balans met de juiste rauwheid en zanger Jesper Aronsson heeft genoeg volume en bereik om het interessant te houden. Dat de vroege platen van Black Sabbath een belangrijke invloed lijken is bijna verplicht in dit genre. Het is waar, wanneer het album is afgelopen is er weinig blijven hangen, maar ik heb me wel vermaakt. Zonder te doen alsof.
mij=Subliminal Records
4 reacties