De Noorse Susanna Wallumrød heeft een uniek talent. Behalve dat ze zelf erg mooie liedjes kan schrijven, kan ze de meest uiteenlopende covers laten klinken alsof ze speciaal voor haar zijn geschreven. Dat was al zo op de eerste en (vooral) tweede plaat van Susanna and the Magical Orchestra, waar ze onder meer “Jolene” (Dolly Parton) en “It’s a long way to the top” (AC/DC) totaal eigen maakte. Op haar tweede soloplaat is dit weer zo: twaalf van de veertien liedjes zijn bekend van andere artiesten, en toch klinkt elke song hier alsof het zo heeft moeten zijn. Of het nu gaat om Thin Lizzy, Abba, Prince, Tom Petty, Nico, Black Sabbath of Will Oldham (die hier trouwens nog twee liedjes meezingt), allemaal klinkt het als Susanna. En Susanna klinkt pijnlijk melancholiek, licht dreigend, ingehouden intens. Dat was zo op de eerdere albums, en dat is nu nog steeds. Wat dat betreft is er niets nieuws onder het bleke Noorse zonnetje, maar dat maakt geen hol uit. Want potdomme, ook nu klopt alles weer: haar adembenemende stem – beheerst, onderkoeld, bomvol emotie -, de productie – open, ruimtelijk, natuurlijk -, de begeleiding – Susanna’s piano, minimale drums, ambientesque gitaarpartijen. Niet normaal hoe alles hier op zijn plek valt. En dan kan ik wel zeuren over geen nieuwe dingen en zo, maar dat is toch nutteloos als Susanna haar mond opendoet. Flower of Evil is haar zoveelste meesterwerk op rij. Je weet wat je moet doen.
mij=Rune Grammofon / Konkurrent