Jongens waren we, begin jaren ’90. Bij het ontluiken van de tweede punkgolf vonden we met onze muzikale kunsten perfect aansluiting bij deze snelle melodieuze muziekstroming, afkomstig vanaf de Amerikaanse westkust. Aanvankelijk speelden we uiteraard covertjes, lekker makkelijk en een goede manier om uit te groeien tot een echte band. Want dat wilden we maar al te graag zijn, een échte band. Niet zo een met een patserige frontman die alle aandacht voor zichzelf opslurpt, laat staan met rare maniertjes of gemaakte poses. Harde muziek onder mooie liedjes met een intelligente boodschap. En dus bestond ons halve toenmalige oeuvre uit het zo goed mogelijk naspelen van de liedjes van No Use For A Name, de band namelijk die wij heimelijk wilden zijn. Dat leek makkelijk, maar was nog een flinke zware dobber. Wat voor het ongeoefende oor leek op eenvoudig meeblèrbare liedjes, bleek bij nadere bestudering een knap staaltje songschrijven. En dan die stem van Tony Sly, die deed je niet zomaar even na, al was het alleen maar qua hoge tonen (Biomaaaaaag). Niet voor niets bleek Sly anderhalf decennium later – soms met uitgeklede versie van zijn punkliedjes – een indrukwekkende soloartiest op akoestische gitaar.
Maar nu is Tony Sly dood, ruim een jaar geleden zomaar uit het niets niet meer wakker geworden. Hij liet een vrouw en kinderen achter, plus een schare bedroefde fans. Sly was niet alleen een punkicoon, hij was een heerlijk normale jongen die na zijn concerten nog even biertjes bij de bar kwam drinken. Die Springsteeniaanse instelling maakte hem dan ook mateloos populair in ‘de scene’, of wat daar nog van over is. Dit heeft geresulteerd in een indrukwekkend eerbetoon waar maar liefst 33 collega’s de mooie liedjes van Tony in een eigen jasje staken. Grote namen – NOFX, Rise Against, Bad Religion, Gaslight Anthem, Frank Turner – maar ook minder bekende artiesten, die gezamenlijk bewijzen dat een normale jongen ook hele bijzondere dingen kan realiseren. Verdrietig, maar zo blij met een eerbetoon waar de vriendschap en emotie vanaf spat.
It’s too late to talk to you,
And it’s too soon to say goodbye.
Listen wherever you may be,
You still live inside my mind.
Something tells me that you are free again,
In a place that feels like home.
It’s never easy to understand
Why memories hold our hand,
But people let go.
4 reacties