Met de release van The Sparrow And The Crow zijn we in Nederland ook eindelijk bij qua releases van Fitzsimmons. Om dat te vieren komt hij de komende weken enkele optredens doen hier. Ik hoop dat ik de kans krijg er een mee te pikken, want van zowel Goodnight als The Sparrow And The Crow heb ik enorm genoten. Ik kan me echter wel voorstellen dat er voor Fitzsimmons prettiger dingen zijn om mee op tournee te gaan dan met deze cd. Gelijk in de openingszinnen van “After Afterall” (een reprise van “Afterall” van Goodnight) geeft Fitzsimmons bloot wat de thematiek van deze plaat is: luduvudu. ‘I still love you / I still want you / I still need you / After All’, zingt hij op zo’n manier dat je als vrouw ’em gelijk weer in je armen zou sluiten. Fitzsimmons vergelijkt zichzelf met The Crow, The Sparrow wordt gezongen door Priscilla Ahn en Caitlin Crosby. Je zou willen dat alle kraaien zo zouden klinken, want Fitzsimmons is de ideale combinatie van Elliott Smith, Sufjan Stevens en Samuel Beam die baardmans van Iron & Wine. Zalvende zang, zacht aangeslagen piano en gitaar en spaarzame drums, op het eerste gehoor zou je ze bijna afdoen als saai. Maar dan maak je een grote fout, want de manier waarop Fitzsimmons verhaalt over hoe hij niet meer met, maar ook niet meer zonder zijn ex-vrouw kan leven geeft de nummers keer op keer een fraaie treurige (maar helaas ook macabere wending. ‘Until when we both are ghosts I’ll miss you’, zingt hij in “The Will Never Take The Good Years”. Ai, pijnlijk.
mij=Grönland / Rough Trade
Maar live is Fitzsimmons iemand die het vooral graag gezellig maakt, veel praat, publieksparticipatie wil en grapjes maakt. Komt vast goed met die live-optredens en deze plaat ; )
Eens zorgen dat we dag gaan beleven dan zondag 🙂