Eigenlijk, eigenlijk zou ik dit stukje over Flip Kowlier in het Twents moeten doen. Helaas is mijn Twents er te gebrekkig voor. Helaas, omdat ik vind dat je streektalen moet koesteren. Het is wat minder geworden, maar er waren tijden dat er vaak gegrapt werd over mijn Twentse accent. Artiesten die zingen in dialect of met zwaar accent hebben – misschien wel juist daarom – al snel mijn sympathie. Maar ook ik kan een licht gniffelen niet onderdrukken elke keer als ik Flip Kowlier hoor zingen. Eigenlijk best wel een beetje ongepast gezien de openhartigheid waarmee hij verhaalt over de gebeurtenissen in zijn(?) leven. West-Vlaamse droefheid overheerst. Maar dat taaltje van hem is nou éénmaal zo koddig dat het me acuut doet gniffelen en een glimlach op mijn gezicht tovert, zodra hij inzet met ‘Kom moa bin en zet u nere vint’ in “Vannacht” op zijn tweede Cd In de Fik. Deze Cd is een logisch vervolg op het verrassende en succesvolle Ocharme Ik. Elf innemende liedjes van een wereldburger uit Izegem die een mengelmoes zijn van pop, rock en roots, maar wel gevarieerder dan het debuut. In het anti-oorlogslied “Bom Bin” zit zelfs een reggae-riff als ware Izegem de buurgemeente van Kingston. Alle elf ook liedjes om, al lezende in het handgeschreven boekje te koesteren, net als we met Flip zelf moeten doen! ‘kben zuo blie dak u i ljirren ken’ zingt Flip, nou dat is geheel wederzijds kan ik oe wa vertell’n!
ik ben antje en ik ben heel heel grote fan van u en daarom wil ik nu u lietje horen