Het lijkt zo gemakkelijk. Drie dagen een studio huren, met je bandje een beetje fröbelen en dan ook nog met iets fatsoenlijks op de proppen te komen dat de moeite waard is om uit te brengen op Cd. Werkte het maar zo simpel hè? Er zijn er weinig die dat zo kunnen. Van tevoren moet natuurlijk wel veel geoefend en gespeeld zijn. De leden van het jazz-combo Sticks And Stones zijn vaker wel op het podium te vinden dan niet. Tijdens lange open podium sessies in de clubs in Chicago hebben ze elkaar ontmoet en heeft ook het songmateriaal vorm gekregen. Op hun tweede plaat Shed Grace doen ze naast eigen nummers ook drie covers (Thelonious Monk, Billy Strayhorn, Fela Kuti). Nou ja covers is misschien niet het goede woord. Ze strippen de nummers en geven er hun eigen geïmproviseerde draai aan. En dat doen ze vakkundig. Binnen die eigen draai is het opvallend vaak het blaaswerk van de enige dame van het trio, Matana Roberts, dat de aandacht trekt doordat deze ver naar voren staat in de mix. Misschien wel juist daardoor werkt Shed Grace me niet op de zenuwen (wat ik nogal eens heb met jazz) en kan zelfs bijna wel dienen als achtergrondmuzak. Draai je de volumeknop naar rechts dan wordt het een ander verhaal en sta je zo in Chicago in Fred Anderson’s legendary Chico club een pilsje te pakken. Het lijkt zo gemakkelijk, maar doe het maar eens.
File: Sticks and Stones – Shed Grace
File Under: Ruikt naar jazz