Rustig trek ik nog een baantje. Ik ben niet zo’n waterrat maar door de aangename temperatuur van het water in dit tropisch zwemparadijs is het hier aangenaam verpozen. Aan de andere kant van de betonnen rand bevindt zich een kleine poel met ijskoud water. Ik hef mezelf uit het dampend warme water en laat mezelf met een vloeiende beweging over de rand snel weer zakken in die ijskoude poel. Brrrrr! Ik laat de kou heel even op me inwerken en vind struikelend mijn weg terug in het warme water. Heerlijk. Het is de kunst om het verblijf in het koude poeltje precies zo te rekken dat het net niet te lang is. Anders wordt het contrast van koud naar warm te groot. De lagere regionen van de stem van Joel RL Phelps (u kent hem wellicht nog van de indierock outfit Silkworm) hebben de kwaliteit die men in de regel aanduidt als zijnde een warm bad. Stort hij zich echter met volle emotie in de hogere regionen dan klinkt zijn stem ineens benepen en slaat over. Een ander zou het een emo-snik noemen. Ik noem het, nu we het er toch over hebben, een koud bad. In met name de rustigere, folky nummers op het lekker puur opgenomen Customs bereikt Joel het eerder omschreven wisselbad-effect. Een warm bad met net dat benodigde beetje snijdende kou. Heerlijk dus. Maar vooral in de noisy rockers rekt hij het gebruik van die ijzige stem en lopen de koude rillingen over mijn rug. Brrrrr!
mij=12xu / Konkurrent