De Belgische band Lester heeft zich naar verluidt genoemd naar de ‘loser’ Lester Burnham uit de film American Beauty. Wie de film gezien heeft weet dat het te betwisten valt of de figuur Lester Burnham nu wel zo’n loser was. Op zijn manier was hij heel gelukkig met de keuzes die hij uiteindelijk maakte. Hij ontsnapte in ieder geval aan het saaie dagelijkse bestaan, ook al was dat misschien niet op de manier die hij had gehoopt. Artiesten hebben vaak ook een aura om zich heen hangen van een bestaan buiten de normale kaders. Misschien is dat wel wat Lester (de band) bedoelt? Titelnummer “For all the losers in the world” spoort namelijk alle losers aan gitaar te leren spelen als Johnny Marr, een band op te richten en zo te ontsnappen aan het loserschap. Dat de sound van het nummer zwaar refereert aan voornoemde Marr zoals hij klonk op zijn CD met The Healers lijkt dan niet meer dan logisch… Tussen alle bands die vandaag de dag maar her en der ‘lenen’ uit de jaren 80 is het een verademing om weer eens een band te horen die het meer in de glorie-jaren van de Britpop zoekt. Laatst vroeg ik me af wat er toch geworden was van de band Longpigs uit die tijd. Bij beluistering van deze CD wist ik het: de Longpigs zijn gereïncarneerd in de vorm van deze Belgische vijfling wier moeder een stiekeme verhouding had met Turin Brakes. Een verhouding met, in tegenstelling tot het filmverhaal, geen verliezers. For all the losers in the world bevat – een enkel wat saaier nummer in het midden van de CD daargelaten – meer dan genoeg sterke, twinkelende Britpop nummers waarvan “The president of love”, “For all the losers in the world”, en “A perfect day to waste” zonder meer toppers zijn die kunnen concurreren met elke andere loser die Johnny Marr probeert achterna te gaan. In het licht van de spotlights dwarrelen rode rozenblaadjes neer.
mij=LC Music