Bij het verschijnen van Silver Lake sprak ik de stille hoop uit dat Vic Chesnutt nou eindelijk eens de doorbraak zou krijgen die hij verdient. Dat mag best gezien zijn ronduit imposante repertoire dat hij de afgelopen vijftien jaar opgebouwd heeft. Chesnutt blijft echter geliefd en wordt geprezen, maar nog steeds door een (te) kleine aanhang. Hem maakt het weinig uit. Hij gaat rustig door weer hij mee bezig en goed in is: mooie eigenzinnige singer- songwriter platen uitbrengen. Ghetto Bells is zijn twaalfde plaat. En net als op veel van zijn vorige albums heeft Chesnutt ook voor deze weer een aantal beroemdheden weten te strikken die fan van hem zijn. Of biedt dit soort mensen zichzelf aan? Hoe het ook zij, Bill Frisell speelt gitaar en multi-instrumentalist Van Dyke Parks speelt onder andere accordeon en keyboards. Ze dienen allebei bijna nederig de liedjes van Chesnutt, waarbij vooral Frisell een prachtige bijrol speelt. Bij elk nummer weet hij exact de goede sfeer uit zijn gitaar te toveren. Ook wordt Chesnutt voor het eerst sinds lange tijd weer bijgestaan door zijn oude maatje Don Heffington. In ruim een week nam Chesnutt met dit selecte gezelschap en natuurlijk zijn vrouw Tina Chesnutt liedjes op. Misschien wel doordat hij werkte met dit kleine gezelschap heeft Ghetto Bells een intiemer karakter gekregen dan haar voorgangers, waarbij zoals altijd Chesnutt met zijn knagende stem en cryptische teksten gedreven de dans leidt. Dit bal mag nog wel even duren.
mij=New West / Sonic