Gus Black heeft het niet makkelijk. Bij zijn titelloze debuut – toen nog operend onder de simpele naam Gus – werd hij bestempeld als potentiële Grote Naam en dat juk draagt hij sindsdien met zich mee. Beetje sneu is dat wel voor hem, want op zich maakt hij namelijk best mooie liedjes. Ook nu op Autumn Days is het weer meerdere keren behoorlijk raak wat hij voor ons bereid heeft. Toch mist er ergens wat, of beter: er is iets teveel. Ik denk dat het komt doordat Gus zijn liedjes niet kaal genoeg heeft gehouden. Wat mij betreft had hij voor Autumn Days bijna alle details die ingespeeld zijn door de instrumenten die hij niet met zijn gitaar maakt achterwege mogen laten. Nu hikt Autumn Days een beetje teveel tussen twee gedachten heen en weer: ‘Ik ben een bandplaat (maar mijn band durft maar niet vol gas te geven)’ en ‘Ik ben een singer/songwriter met een gitaarplaat (maar voel me niet miserabel genoeg). Dat zou in theorie kunnen zorgen voor voldoende afwisseling, maar in het geval van Gus vind ik dat niet goed werken. Als de hele band opdraaft gaat hij de kant op van een U2-ballade met een beetje ballen zonder bijzonder te worden. Hij zou er wat mij betreft wel voor mogen kiezen om zijn liedjes net zo intiem en kaal op te nemen als bijvoorbeeld “So Very Young” of het met strijkers – vooruit die mogen blijven – Elliott Smith-opende titelnummer. Dat zijn mooie liedjes die ervoor zullen zorgen dat de mensen stil worden en beter naar je luisteren. En dat is volgens mij wat Gus Black graag wil: gehoord worden.
mij=Olinda/India Records / Rough Trade