Elke vrijdagavond geef ik programmeerles aan een groep kinderen bij de Jonge Onderzoekers. Ik spreek dus uit ervaring als ik zeg: leer een jongen hoe een computer werkt, dan wordt-ie nieuwsgierig en gaat hij ermee lopen klooien. Op dat moment spelen er bij zo’n jongen twee onderliggende vraagstukken: de eerste is ‘Hmm, wat kun je hiermee?’ (in de praktijk ook wel ‘Kan dit stuk?’) en de tweede is ‘Hmm, kan dit cooler?’ en als het uiteindelijk goed werkt, volgt de show-off: ‘Hee, kom es kijken wat ik allemaal wel niet kan!’. En dat is precies wat Richard D. James deed in 1995, toen hij twee Hangable Auto Bulb EP’s op 12″ uitbracht. Het waren de eerste platen die hij maakte met de computer. Ze zijn nu extreem zeldzaam op LP, maar sinds een paar maanden wel voor het eerst op CD uit. Ook in 2006 hoor ik Richard proberen, rotzooien en tenslotte glunderen als het gelukt is om een vet stuk muziek te maken. Het zou het begin worden van een muziekcarriere waarin hij het IDM-genre min of meer eigenhandig creëerde. Nu kun je over IDM heel kunstzinnig en moeilijk gaan doen, maar zo iemand ben ik niet. Ik ben ook zo’n jongen die van rare geluiden houdt. Ik zette vroeger nog wel eens Aphex Twin op als ik dj was. Nooit een succes natuurlijk. Maar ook ik draai het thuis niet zomaar tussen Daft Punk en Clor door, hoor. Sterker nog, is het een beschamende bekentenis dat ik van de helft van deze absoluut klassieke EP’s ook geen fluit snap? O, maar die andere helft! Aphex vind ik op zijn mooist als al het digitale gepruttel en geknor een langzamere onderliggende melodie oprakelt, en precies dat gebeurt hier in het fantastische “Laughable Butane Bob” (ook al een anagram van Analogue Bubblebath). De recente Analord-serie is om dezelfde reden net zo ontzettend cool.
mij=WARP / Rough Trade