Misschien kwam het wel door mijn verwachtingen. Die waren namelijk hooggespannen. Ik word nog steeds heel blij van Islands‘ Return To The Sea en Who Will Cut Our Hair When We’re Gone van The Unicorns. Dus ik legde de lat voor deze tweede cd van Islands hoog. Misschien wel zo hoog dat Arm’s Way eigenlijk alleen maar tegen kon vallen. Geheel en al mijn eigen schuld dus? Nou, als ik de lat iets lager leg, dan springen ze ’em er nog steeds vanaf. En dat is spijtig. Misschien komt het wel doordat Nick Thorbun er een broertje dood aan heeft voorspelbaar te worden. Maar dan had ‘ie Islands misschien, zoals ik min of meer voorstelde na het debuut, op moeten doeken en onder een nieuwe naam verder moeten gaan. Nou moet ik wel toegeven dat de teleurstelling over Arm’s Way vooral komt door de tweede helft van de plaat. Bij de sterke eerste nummers “The Arm” en “Pieces of You” hobbel ik nog vrolijk rond in hun avontuurlijke indiepopwereld, maar in de tweede helft van de plaat zakt de cd als een mislukte pudding in elkaar. Dat is het gevoel dat bij mij overheerst na vele draaibeurten. Met als diepste dip het zouteloze, traag startende “Life In Jail”. Het lijkt wel alsof Thorbun en consorten het allemaal te serieus nemen en daardoor te zeer verstrikt raken in hun eigen pretentieuze ambities. Dat kan nooit de bedoeling zijn natuurlijk. Of ligt het uiteindelijk toch aan mijn te hoog gespannen verwachtingen? Volgens mij niet.
mij=Rough Trade / Konkurrent
Ik voel met je mee. 2 jaar geleden gaven ze een heerlijke, uitbundige show in Nijmegen maar toen ik ze dit jaar weer zag was het allemaal een beetje futloos.