Vooruit, ik geef het meteen weg: intrigerend, dat is het album 22 Dreams van Paul Weller geworden. Menig artiest zou op zijn lauweren rusten als hij zo’n indrukwekkende carrière achter zich had -The Jam, Style Council en solo- en bovendien 50 jaar oud was. Weller niet. Weller is van een heel ander slag. Kennelijk vond hij alle aandacht voor zijn oeuvre wel genoeg geweest was. Hij komt op 22 Dreams met eenentwintig nummers met een totale tijdsduur van bijna zeventig minuten. Dat zou in het lp-tijdperk een heuse dubbelaar geweest zijn. Tekstueel is het gebaseerd op een kort verhaal van Simon Armitage, The Missing Dreams aka Dream #22. Maar de lengte en teksten maken het niet intrigerend. Dat doet de muziek. Weller lijkt namelijk op de muziekstijlen neer te kijken en als een muziekgod er zijn eigen draai aan te geven. Meestal verdienstelijk. Zo slaat hij in “Light Nights” de brug tussen Cat Stevens en Led Zeppelin. En brengt hij slechts begeleid door een piano de prachtige ballade “Invisible”. Maar gaat hij weer een heel andere, uitgesponnen en experimentele kant op met “Song For Alice”. Met dank aan Robert Wyatt die het arrangeerde. En de tango “One Bright Star” zou in een iets rauwere versie zo van Tom Waits kunnen zijn. Toch is het overal Paul Weller die de spijker op zijn kop slaat. Weller blijkt echter ook maar eens mens te zijn, want er zitten wel wat mindere nummers tussen. Zo is “A Dream Reprise”, behalve een knipoog naar het Beatles-nummer “Number 9” een wat overbodige herhaling van “22 Dreams” en voegt het resultaat van de jam “Echoes Round The Sun”met o.a. Noel Gallaghar en Gem Archer (beide Oasis) weinig toe. En ik kan me voorstellen dat het experimentele eind menigeen naar de cd-speler zal doen rennen. Toch is het totaal indrukwekkend en boeiend. Dit is een cd die niet meteen zijn geheimen weggeeft, maar mooie te bieden heeft. En daar mag de luisteraar best wat moeite voor doen.
mij=Yep Roc / V2