In een week tijd zag ik Elbow, Stars en Ben Folds optreden. Een mens kan het slechter treffen. Een mens kan het ook nóg beter treffen. Ik deed dat door de heen- en terugreizen naar de concerten op te leuken met het afspelen van mp3tjes van Wolf Parades’ At Mount Zoomer op mijn telefoon. Het duo Dan Boeckner (zang/gitaar) en Spencer Krug (zang/toetsen) overtreft hun eerste cd Apologies to the Queen Mary met speels gemak op deze tweede. Van eenmansding van Krug is Wolf Parade ondertussen uitgegroeid tot een echte, hechte band. Anders vernoem je je nieuwe plaat niet naar de studio van je drummer. Daar is At Mount Zoomer alleen maar afgemixt. Het gros werd opgenomen in Arcade Fire‘s Petite Église-studio. Zo komen ze nooit van dat onterechte Arcade Fire name-dropping af natuurlijk! Gelukkig doen ze dat qua muziek wel. Fraaie nummers op At Mount Zoomer zijn het hoekige “Fine Young Cannibals” en “California Dreamer”. In die eerste ontbreekt alleen nog het dandy karakter van Brian Ferry om het een Roxy Music-nummer te maken, in de tweede gaat een Doors-orgel een gevecht aan met een Grandaddy-riedel terwijl het nummer naar euforische meeblèrbare korte coupletten toewerkt. Bizar is ook het elf minuten durende “Kissing The Beehive” dat een clinch is tussen indierock en ouweschool progrock. Als ik je vertel dat ik óók nog een ge-wel-dig concert van symfo-topper Spock’s Beard zag afgelopen zondag weet je dat deze cd er bij mij in gaat als God’s woord in een Ouderling.
mij=Sub Pop / Konkurrent