M. Ward is een man wiens carrière langzaam maar gestaag vordert. Met Hold Time brengt hij zijn zevende solo-album uit sinds 1999. M. Ward doet het graag met vrouwen. Zo dook hij op bij Norah Jones op haar dvd Not Too Late, maar ook bij Jenny Lewis op de cd Rabbit Furcoat-p. Hijzelf viel echter het meest op in zijn muzikale samenwerking met actrice Zooey Deschanel in het duo She & Him waarvoor Ward zelf overigens geen enkele nummer schreef. Deze had hij kennelijk bewaard voor zijn volgende album Hold Time. Hiervoor schreef hij namelijk de meeste liedjes wel zelf. Ward kan uiteraard weer niet zonder vrouwen. Vocale bijdragen zijn er van Zooey Deschanel (uitbuiten dat succes) op de Buddy Holly-cover “Rave On” en “Never Had Nobody Like You” en van Lucinda Williams (als we dan toch gaan strooien met namen) op “Oh Lonesome Me” van Don Gibson. Toch lijken zij een onopvallende loot aan de boom die Ward heet, met songs die heel knap in elkaar zitten. Muzikaal lijken de invloeden te gaan van troubadour Leonard Cohen (“JailBird”) tot het lome gitaarwerk van J.J. Cale (“Shangri-La”), van John Lennon-achtige liedjes (“Never Had Nobody Like You”), het pompeuze Jeff Lynne-geluid (“To Save Me”) tot Phil Spector‘s Wall Of Sound op “Hold Time”. Maar ongetwijfeld krijg je er zelf andere muzikale associaties bij. Dit maakt volgens mij ook niet uit, want de inspiratiebronnen krijgen nergens de overhand. Ze zijn er bijna anoniem, maar o zo knap verweven in de nummers. Net zoals daar een hele reeks aan bekendere bandleden zijn die M. Ward’s Hold Time een indrukwekkend en boeiend album maken waarvan ik me niet kan voorstellen dat iemand er snel op uitgekeken raakt.
mij=4AD / V2