Eens in de zoveel tijd dan pak ik de trein richting het Oosten. Bij aankomst heerst er duisternis. Mijn weg vind ik via de her en der opflakkerende vuren en de helder-Teutoonse kreten die ik hoor brullen. Als ik de trein uitstap, hoor ik meteen waar ik ben, want de stationchef brult het luid en duidelijk in “Rammlied”. Het klinkt wel bekend want een keer of wat geleden riep hij hetzelfde, onder een vrijwel gelijke titel. Het bezoek aan de Oostelijke Duisternis is sowieso vertrouwd, want ik heb de vlammen nauwelijks nodig. Ik vind zo de weg wel. Maar daar kwam ik ook voor. Slechts een enkele keer word ik verrast als de heren de oldskool industrialwegen inslaan (“B*********”) of de Franse liefde op Oostelijke wijze bedrijven (“Frühling in Paris”). Voor de rest is het de gebruikelijke mix van pijn, geweld, liefdeloze seks en duisternis. Maar daar was ik nu net aan toe. Als ik weer terugreis, koester ik mij met de gedachte dat de heren binnenkort zelf weer langskomen voor een bezoekje. Dan zijn ze overigens makkelijker te vinden, ze steken zichzelf namelijk in de fik…
mij=Universal
Gevalletje ‘hoe mooier de verpakking wordt, hoe duidelijker dat de inhoud tegenvalt’. Maar ach, het is in elk geval een comeback. De reacties op http://www.oor.nl/albums_details.asp?id=7845&albumType=1 wisselen ook nogal.