Treurig word je ervan als je nu naar buiten kijkt. Het regent pijpenstelen, het is koud en het wordt winter. En de festivalorganisatoren hebben de tenten in de winterstalling liggen. Gelukkig zijn er alternatieven om het lange wachten tot we weer buiten mogen spelen te verzachten. Een jaar wordt traditioneel afgetrapt met Eurosonic/Noorderslag en afgesloten met Crossing Border. Dit laatste festival is inmiddels al aan de 17de editie toe en programmeert al jaren op het kruisvlak van literatuur en muziek. En ze hebben vooral een eigenzinnige smaak, daar in Den Haag, zodat je niet hoeft te verdelen. En, ook niet geheel onbelangrijk, het is er binnen behaaglijk en ze schenken er een goed biertje. Uw trouwe scribent slaat dan ook al jaren geen aflevering over. Daarom maar eens kijken wat de heren en dames organisatoren nu weer verzonnen hebben. File Under zou overigens File Under niet zijn als we ons, in eerste instantie, vooral op de bandjes richten.
mij=Door: Gr.R.
Het muziekprogramma strekt zich uit over twee dagen. We starten op de vrijdag. Op vrijdag hoef je amper de grote zaal te verlaten om een genoeglijke avond te hebben. Met achter elkaar Yo La Tengo, The Low Anthem and Grizzly Bear staan er drie bands uit de Amerikaanse indiescene. Sterker nog, de gitaarscene van de Amerikaanse oostkust, met twee bands uit New York en eentje uit Providence, Rhode Island (The Low Anthem). Veteranen Yo La Tengo trappen af en dan zit yours truly vooraan als fan. Hun nieuwe plaat, Popular Songs, is net uit en is weer een pareltje in het oeuvre. Vol met indienoise, sixties pop en alles dat daar tussen valt. Bij The Low Anthem gaat het tempo terug en wordt er vooral heel mooi gezongen en Grizzly Bear zit daar dan weer tussen. Hopelijk spelen ze die Talk Talk-cover die op Lowlands ook langs kwam. Ze kunnen overigens wel een vliegtuigje huren met zijn allen, want ook Akron/Family en St. Vincent komen uit die contreien (Brooklyn). Zij staat dan wel niet in de grote zaal, doch elders in het pand. Maar dat is geen reden om ze te negeren. Tenminste als u van het experiment van Annie Clark (St. Vincent) houdt. Als niets u te dol is en u graag op het verkeerde been gezet mag worden, dan dient u zich om 20:45 in de Waterloo te vervoegen. En als u Veckatimest van Grizzly Bear in huis heeft, dan heeft u ook vast werk van Akron/Family in huis. En dan heeft u een probleem, want beide bands staan ongeveer tegelijk geprogrammeerd. Het dilemma van festivals: keuzes, keuzes, keuzes.
De Belgen van Yuko hebben pech gehad. Hun electropop is zeer goed te pruimen, maar valt, helaas voor hun, tegelijk met Yo La Tengo. Mocht u daar niet meer in de zaal kunnen, dan zou ik Yuko overwegen. Kartasan, ook uit België, pakt het een stuk traditioneler aan, en zit meer in de jazzy hoek. Ronduit prachtig. Er zijn meer Belgen op Crossing Border. Die van Madensuyu uit Gent bijvoorbeeld. En die begeven zich op een ander gebied in de muziek, namelijk die van de puntige gitaarwave. Ook niet te versmaden. Erg populair in België is Rick de Leeuw. Helaas komt hij niet zingen, maar wordt hij weer eens geïnterviewd. Ach de man is een goed verteller, dus vervelend is het niet. Bij Tegan and Sara zult u mij niet zien. Prachtige liedjes, daar niet van, maar je moet wel tegen die stemmen kunnen. Martin Simek slaan we ook over, vanwege het bereiken en overschrijden van de irritatiegrenzen, al jaren geleden eigenlijk. En dat kunnen we niet zeggen van Natalie Merchant. Op het laatste moment toegevoegd, maar krijgen we ooit genoeg van haar? Dat dacht ik dus niet. Een puik oeuvre van meer dan 20 jaar en dan maar drie kwartier de ruimte. Veel en veel te weinig.
Pakken we dan helemaal geen literatuur mee? Nou, Neerlands blueslegende Q65 krijgt een biografie uitgereikt. Daar gaan we wel even kijken. Er moeten anekdotes genoeg uit die carrière te halen zijn en wellicht spelen ze nog een moppie Nederblues. Een andere held met bio is Denvis. Leon Verdonschot zal er over verhalen, ondervraagd door Harry de Winter. Dan kan zo mogelijk nog leuker worden.
Op de zaterdag dienen we weer vroeg aanwezig te zijn. Het bal wordt geopend door Newton Faulkner. Die is weer opgelapt, door humans dit keer en niet door robots, na een handblessure. Dat is vervelend als je een begenadigd gitarist bent. De man is wellicht nog het meest bekend van die fenomenale cover van Massive Attack's “Teardrop”, al was “Dreams Catch Me” ook een bescheiden hitje, maar dat doet de aimabele Brit geen recht. De man maakt pure indiepop met een twist, die eigenlijk het best te genieten als hij in zijn eentje op het podium staat. Dan komt zijn gitaarspel helemaal tot zijn recht. Ook voor Patrick Watson is dat de plek waar hij het best tot zijn recht komt. Zijn live shows, samen met de Wooden Arms, zijn een 'once in a lifetime experience'. De man is getraind klassiek muzikant en gebruikt die kennis en ervaring om u te veroveren. Als u het woord eclectisch opzoekt in het woordenboek, ziet u daar een fotootje van Patrick Watson.
En als we dan toch eclectisch bezig zijn, dan gaan we meteen door naar de supergroep Monsters of Folk. Mijn complimenten voor de organisatie van Crossing Border dat ze die als eerste venue in Nederland op het podium hebben. Op de plaat komt het er nog niet helemaal uit, maar met mensen als Jim James en Conor Oberst, voor wie het podium zijn natuurlijke habitat is, kan het daar alleen maar loos gaan. Er staan sowieso veel grote namen her en der gepland op de zaterdag. Steve Earle bijvoorbeeld, de hardcore troubadour. Hij is dit keer in zijn eentje en zal veel werk spelen van zijn grote inspirator Townes van Zandt, ook al zo'n outlaw en misschien wel de beste songschrijver ooit. Verderop speelt dan nog Stephen Malkmus. Hoewel Pavement weer bij elkaar is, speelt Malkmus hier in zijn eentje. Malkmus gaat in de ware Crossing Border-traditie spelen en praten in een gecombineerde muzikale en spoken word show.
In de klasse der jonge helden kijken we vooral uit naar The Decemberists. Deze darlings van File Under beheersen het gehele popspectrum en pakken graag breed uit. Op plaat behoren hun prachtig en eigenzinnig geconstrueerde liedjes al tot de top, maar live is het helemaal kippevel. En natuurlijk staan ze gelijk geprogrammeerd met Monsters of Folk. Dat gaat nog een zware dobber worden. In hetzelfde genre hebben we ook nog Gomez. Die zitten iets meer aan de indiekant, maar weten ook hoe je een liedje schrijf. En dat bewijzen ze al een jaartje of tien langer. Ook eigenzinnig is Anni Rossi. Deze Amerikaanse van Italiaanse oorsprong heeft een prettige stem en brengt haar singer-songwritermateriaal ondersteund door viool en percussie. Maar het is vooral haar stem die opvalt.
Er staan meer darlings van File Under by the way. Mumford and Sons is er zo een. Ik hoor het nog niet, maar het schijnt bijzonder te zijn. Vooral interessant als de zaal bij Newton Faulkner vol is. Crossing Border die-hards gaan even langs bij Wim de Bie. Ik kan me geen Crossing Border voorstellen zonder deze man. Crossing Border is ook het festival van de exoten. Vorig jaar blies Seasick Steve ieders hoofd eraf met zijn blues, dit jaar ondergaan we de bluessessie van Daniel Norgren. Nee, dat is niet de spits van Heerenveen, dat is een one man bluesband, met slide en al. De man kan zelfs een moppie gospel. En voor een laatste beetje subtiliteit gaan we naar naar James Yorkston. Die heeft in de gaten dat het met Athlete ook niet helemaal van de grond komt, wat kenners betreuren, en 'hobby't' dus daarnaast wat raak. Wat heet. De subtiliteit zelf is het! Als afsluiter hebben we de geblindeerde show van LPG. De fotografen van File Under zullen er minder blij mee zijn, maar wie heeft er niet in het donker naar zijn favoriete muziek zitten luisteren. Dat werkt toch vaak het best. De oogjes dicht in de trein terug met LPG op de walkman werkt ook…
Erg balen van de dubbel programmeringen (Antlers, Decemberist, Monsters of Folk), maar denk dat ik ga voor Mumford & Sons -> Patrick Watson -> Monsters of Folk…