Het eerste Google-zoekresultaat voor Downpilot is een Nederlandse coverband, die ook in eigen werk doen. Het had kunnen kloppen, want de eerste regels van “All The Ghosts Will Walk” worden, voor mijn gevoel, gezongen met een Nederlands accent. Het niveau ontstijgt de vaderlandse Americana-subtop ook al niet. Jammer voor singer-songwriter Paul Hiraga (hij is Downpilot) die toch echt uit Seattle komt. Een eerste aanwijzing dat de man niet helemaal voor niets op het overigens Duitse Tapete Records is verzeild geraakt vormt het fraaie piano-outro van datzelfde openingsnummer. Het tweede liedje, “Chelsea Turnaround” is zelfs in zijn geheel goed, al blijkt het later wel het hoogtepunt van het album. Het had zeker niet misstaan op Kathleen Edwards‘ Asking For Flowers. Wat was het leuk geweest als ze had meegezongen! Zoals overal is de instrumentatie van oerdegelijke snit, met een mandoline erbij en een zeer fraaie dubbele zanglijn, dat laatste is sowieso Hiraga’s kernkwaliteit. De resterende acht nummers blijft hij zonder uitschieters aangenaam, maar ook wat saai kabbelende liedjes pennen. Er valt niets slechts en niets enthousiasts over te zeggen. Dan toch maar wat mopperen. Alles klinkt zo onwaarschijnlijk bekend dat een deuntje als “In The Morning” ogenblikkelijk is mee te zingen. Slappe machinekoffie. De toetsenpartij in “A Shot” citeert in combinatie met de simpele groove zelfs Neil‘s “Heart of the Gold” en “Carry Of The Water” sleept zich voor als een dodelijk vermoeid R.E.M. Hiraga stampte voor de opnames van dit album een geheel nieuwe studio uit de grond, waar hij als multi-instrumentalist en producer vast goede dingen kan verrichten als side-man en voor andere bands. Met zijn eigen werk is het voorlopig meer Coronet Blue dan Nic Freitas.
mij=Tapete / Sonic