Ajakkes! Dat was mijn reactie toen ik “Deny All” hoorde, de single die voorafging aan het nieuwe Bettie Serveert-album Pharmacy Of Love. Ja natuurlijk, het is een aanstekelijk en gretig nummer van een band die het allemaal al gedaan heeft en zichzelf weer heeft ontdekt. Maar het teleurstellende resultaat, een uiterst radiovriendelijk powerpopniemandalletje dat integraal in de Krezip-catalogus kan en daar vervolgens door middelmatige onopvallendheid niet meer teruggevonden kan worden, deed mij met angst en beven uitzien naar dit negende album van Bettie Serveert. Maar ohemeltjeliefdankudankuwel, ze laten me niet in de steek. Neerlands fijnste indierockband Bettie Serveert, waarvan ik wel eens dacht dat de koek een beetje op was, is nog altijd springlevend. Die single, die het album opent, blijkt gelukkig niet representatief voor de rest van het album. In de tweede -veel betere- track “Semaphore” horen we het unieke indie- en collegerockgeluid van Bettie Serveert weer terug. Met dit fijne, op zijn Pavements ontregelende liedje wordt vervolgens een trits indienummers ingeluid dat tot het beste behoort dat ze sinds klassieker Palomine en Lamprey gemaakt hebben. Sommige tracks zijn van een ongekende schoonheid, zoals het door Carol van Dijk met ingetogen achtergrondkoortje zo mooi gezongen “Change4Me”, maar vooral de Moss-cover “Mossie”. Wat een pracht. De rest van het album, dat bol staat van potentiële singles, kent eigenlijk geen zwakke momenten. Enkel het nogal lang uitgesponnen “Calling” doet de aandacht tijdelijk wat verslappen. Dit na een aarzelende start voortdenderende topzware rocknummer kent zijn intense momenten wel, maar lijkt als enige track op dit album niet helemaal ‘af’ te zijn. De rest van het album is dat namelijk wel: krachtig, puntig en direct opgenomen en geproduceerd. Vergeet die niksige eerste single, start met track twee en luister naar de Bettie Serveert van nu: een band die niet moet, maar wíl.
mij=Palomine / PIAS
Hihi. Menno Pot was ook lovend in de Volkskrant, maar met precies het tegenovergestelde in de twee genoemde nummers: “Vanaf de onbedaarlijk sterke opener ‘Deny All’ hoor je dat het hier raak is” en “de bijna tien minuten durende hoofdschotel ‘Calling'”. Smaken verschillen uiteraard, maar blijkbaar heeft de plaat voor zowel Ramon al Menno genoeg te bieden.