Sinds Jeff Buckley zingend de Mississippi in liep en niet terugkeerde van zijn zwemtocht, is de muziekwereld zoekend naar een waardige opvolger. Menig muzikant of band kreeg het labeltje ‘De nieuwe Jeff Buckley’ opgeplakt, maar eigenlijk kon tot op heden niemand aan hem tippen. Of het Lyenn (een Belg met deels Engelse roots) gaat lukken, moet ook nog maar blijken natuurlijk. Feit is wel dat hij met The Jollity Of My Boon Companion van alle Buckley-naijlers een van de meest boeiende platen gemaakt heeft. Lyenn zoekt het avontuur op. Dat resulteert in grillige eigenzinnige songs, maar altijd met een mooie melodielijn. Zoals Buckley dat zo fijn deed. Dit wordt gelijk duidelijk in het openingsnummer “Forsaken Joy” waarin de zanglijn van Lyenn prachtig meedeint met de gitaren en strijkers, maar waarvan niet duidelijk is wie eigenlijk leidt in deze dans voor man met snaar. Niet het eenvoudigste nummer om je plaat mee te openen, maar boeit dit nummer je, dan ga je bij de overige negen tracks ontegenzeglijk net als ik keihard voor de bijl. Het avontuur dat Lyenn (zelfs contrabassist) in het gitaarwerk in dit en andere nummers stopt (onder andere door hulp van Marc Ribot) is de dikke plusfactor hier. En dan die stem! Lyenn kan fragiel klinken, maar ook romantisch en sensueel en, als het nummer daar om vraagt komt hij messcherp en extrovert masculien uit de hoek. De lenigheid van zijn stem is geweldig. Overigen blijven de gedachten niet alleen bij Buckley hangen. Bij “With Grace You Temper” ontkom je er niet aan om Dave Eugene Edwards te denken. De timing in zijn zang in combinatie met het banjospel roept dezelfde rillingen op als deze gewezen frontman van 16 Horsepower. Ruim zeven bloedstollende minuten zijn het op een van de beste debuutplaten van een singer/songwriter die de afgelopen tijd verschenen is.
mij=Munich