‘Und die Poppreis dieses Jahr ist für LaBrassBanda!’, dat leek me wel wat voor het Duitse Noorderslag. Als die al bestond. Ik had namelijk bij de eerste tonen de verwachting dat dit een vette band was die de grenzen van de muziek opzoekt: redelijk normale popliedjes, maar dan met de nodige Duitse hoempa en een Zuid-Duitse rapper eroverheen rappend. Die kant leek het op te gaan, en wie weet stond er op Übersee wel een nummer waarmee LaBrassBanda net als Peter Fox bij ons voet aan de grond zou kunnen krijgen. Het vijftallige LaBrassBanda bestaat uit een drummer, een bassist en drie blazers. Het eerste probleem is wel dat de zang (met de rap bleek het mee te vallen) in het Zuid-Duitse dialect moeilijk te volgen is, een beetje à la Spider Murphy Gang, maar dan met nog een zwaarder accent. Dit zou met name live nog wel gecompenseerd kunnen worden. Wat ik echter meer een probleem vindt, is dat het allemaal toch wel wat braafjes blijft en het album niet erg gevarieerd is. Vooral de wat lome nummers met een reggae-ritme komen niet erg van de grond. Dit alles ondanks dat ik een groot zwak hebt voor toeters en blazers. Met de hoempa valt het overigens uiteindelijk mee, ik zou het toch meer in de funkhoek zoeken. Al knalt het niet uit je speakers. Ten tijde van de Neue Deutsche Welle was er ongetwijfeld een nummer een hit was geworden in ons buurland, zoals “Bierzeit” of Scetches”. Maar of het over de grens net zo succesvol was geworden dat waag ik te betwijfelen.
mij=Trikont / Konkurrent