Uriah Heep’s “Easy Living” is zo’n klassieker die ik niet vaak genoeg kan horen. Toen ik het intro hoorde van “White Lady/Black Rave” van de Noorse band Spirits Of The Dead, veerde ik dan ook op. Het pompende orgel geeft het nummer zo’n zelfde gejaagde swing. Het maakt ook gelijk duidelijk waar je Spirits Of The Dead moet plaatsen: in de classic rock die zijn beste tijd kende van eind jaren zestig en de start van de jaren zeventig. Spirits Of The Dead pas naadloos in die tijd waarin Led Zeppelin, Black Sabbath. Jefferson Airplane en Deep Purple op de top van hun kunnen waren. Af en toe verbeeld ik me bijna dat John Lord of Ken Hensley hoogstpersoonlijk de hammondorgels en melotrons staat te bewerken. Deze debuut-cd klinkt wat dat betreft nog meer als een puike retro hommage dan een band als Wolfmother. Maar juist omdat het zo met smaak gedaan is, gaat het nooit storen en roept het alleen maar extra waardering op. Met zanger Ragnar Vikse hebben de vier een troef in de gelederen. Hij zingt vol overtuiging alsof hij hoogstpersoonlijk de classic rock uitgevonden heeft. Een belangrijke sleutel tot de flashback-ervaring die de sound van Spirits Of The Dead oproept is in handen van drummer Geir. Zijn drumgeluid is zalig gortdroog. Al mag het gave gitaarwerk van Ole zeker ook niet onbenoemd blijven. Dat ik de neiging krijg de hele band een veer in de kont te steken geeft ook al wel aan hoe gaaf de totale ervaring is die Spirits Of The Dead biedt.
mij=Big Dipper / Sonic
Zoek de verschillen. 😉