Het is maandag! De dag waarop de Vierdaagselopers nog nét vrij hebben, en massaal het overvolle Nijmegen induiken als ze klaar zijn met de inschrijving. Zouden er nog enkele lopers tijd gehad hebben om ook De Affaire te bezoeken? Vast niet. Ze hebben een hoop moois gemist, maar ja…
Do Not Run, We Are Your Friends (doorgaans afgekort tot DNRWAYF) opende De-Affaire op de maandagavond op het Voerweg-podium. Het is niet heel druk en vlak voor het podium rennen alleen wat fotografen, die eigenlijk het beeld verstoren van deze bijzondere band. Want DNRWAYF speelt bijzondere muziek die je kunt omschrijven als progressive math rock noir jazz. Of zoiets. Ingewikkelde funky en tegendraadse ritmepatronen worden aangevuld met blazers, gitaar en cleane zang van een zangeres. Die ritmepatronen lijken wat op elkaar – zeker de eerste nummers, maar zijn wel knap gedaan. Ook mooi is hoe de nummers soms beginnen met willekeurige percussie, soms letterlijk op potjes en pannetjes, om daarna langzaam structuur aan te brengen. De gitaren staan het hele concert wat te zacht, en dat is jammer. Deze band overtuigt nog beter met wat vettere gitaren. De cleane zang past soms wél, maar soms ook gewoon minder goed op deze muziek. “Jaga Jazzist met zangeres”, schoot even door mijn hoofd. Prima gezongen, dat wel, maar het leidt de aandacht soms wat af van de instrumentale schoonheid, hoe schoon de zang zelf ook is. De muziek DNRWAYF is gewaagd en avontuurlijk, en overtuigt grotendeels ondanks wat kleine inzakkertjes.
mij=Door: Arno
Heel even kijken we dan naar Automatic Sam. Het deed ons niet echt overtuigen met hun wat eenvoudige blues- of stonerrock. Veel herhalende thema’s waar omheen gespeeld werd, dat maakt de band wat inwisselbaar. Het stak in elk geval niet boven het maaiveld uit.
Éen van de bands waar ik echt verschrikkelijk naar uitkeek was And So I Watch You From Afar. Een energieke band die live een sensatie zou zijn. En dat waren ze ook, maar de teleurstelling was enorm groot het eerste deel van het concert waar de gitaren echt schrikbarend slecht te horen waren. Ik stond vrij vooraan en nóg kon ik de gitaren eigenlijk niet horen – hoe hard de gitaristen ook bewogen – ik hoorde hun spel niet. Verschrikkelijk, ronduit dodelijk voor deze band. Gelukkig was het geluid verderop in de set beter, maar het blijft een domper. Ook de band zelf herhaalt maar even hoe lastig het is om goed om te gaan met de geluidslimieten op het festival, maar waarom duurt het zo lang om die geluidsschuiven van de gitaren open te gooien, en die van b.v. de drums en stuk lager te zetten? De laatste paar nummers ging het gelukkig toch helemaal los en hoorden we veel beter hoe de band die fantastische ritmische, in elkaar grijpende – en tikkie funky – gitaren, afwisselde met bombastische opzwepende math / postrock erupties. De bandleden bewegen maniakaal en spelen onverstoord strak door. Knap! Lijkt The Dillinger Escape Plan wel. Verdomd goede band, en ik wil ze nog keer zien. In een zaal dan maar.
Nog een topper op voorhand maakt het zelfs méér dan waar op de-Affaire: Shining uit Noorwegen. Het is een beetje de dag van de wat meer ingewikkelde ritmes en brute geluidsmuren. Shining maakt industrial metal gemengd met jazzy patronen en mathrock-elementen, saxofoonsolo’s, briljante ritmewisselingen, knap drumwerk, intensief gitaarwerk en ontspoorde zang. Shining heeft een jazz-achtergrond en dat is goed te horen. Ondanks alle snoeiharde geluidsmuren zijn de heren instrumentaal zeer begaafd, goed op elkaar ingespeeld, en ze spelen achteloos een enorm strakke set. Het einde is onwaarschijnlijk gaaf, het publiek denkt ongeveer 30 keer dat het nummer dan echt afgelopen is…, de band wacht op het gejuich van het publiek…, en gaat hop weer door. Het publiek vooraan is euforisch, en dat is niet meer dan terecht. Shining is vooralsnog één van de allerbeste hoogtepunten van het festival en ik denk niet dat daar nog een band overheen kan komen.