Incubate 2010 – Napret Zaterdag

Nadat het File Under wederom niet gelukt is voor het zingen de kerk in te komen, lopen we halverwege de set van I Am Oak de Tilburgse Pauluskerk binnen. En dat wordt ons en ook andere laatkomers niet in dank afgenomen. Iedere beweging, iedere hoest, ja zelfs het rammelen van mijn maag lijkt de bijzonder ingetogen set van I Am Oak te verstoren. De locatie is perfect voor de band, maar wel is het jammer dat zangeres Aino Vehmasto niet van de partij is, haar stem had voor de nodige variatie kunnen zorgen.
I Am Oak


mij=Door: Blink. Foto's: Storm
Om verder gerammel te voorkomen maken we net als vorig jaar een pitstop bij Yammie Tilburg. De Kip Pinda zorgt meteen weer voor een van de hoogtepunten van deze Incubate. De verse noodles springen even later bijkans de oren uit bij de experimentele heavy metal van het Finse Circle. Of Circcuuulllll voor de fans. In Finland worden spijkerriemen nog gewoon gedragen en de zanger draagt naast een kek matrozenpetje zelfs een heus spijkertuigje. Het leidt overigens niet af van de muziek, die bijzonder knap in elkaar zit. Er wordt volop geïmproviseerd en voor het eerst in mijn leven concludeer ik best wel van Finse jazzmetal te houden. Slik.
Circle
Jaren geleden zag ik Bloem de Wilde de Ligny voor de Blokker in Haarlem spelen. Een mooi meisje met gitaar en een betoverende stem, ik was meteen verliefd. Op Incubate 2010 is het weerzien met Bloem, wanneer ze als Oo Is An Instrument een soort huiskamerconcert geeft in het piepkleine kroegje Weemoed. Natuurlijk, haar stem doet nog steeds heel sterk aan Björk denken, maar toch blijft Bloem een uniek talent. Achter het harmonium geeft ze een geweldig en intiem optreden. Tijd voor een doorbraakje wellicht?
Rape Blossoms
Even later blijkt Nikoo vanwege een longontsteking te zijn verhinderd en worden we in de Cul de Sac getrakteerd op de Gentse Rape Blossoms. Nooit gedacht dat er uit zo'n mooie stad zulk lelijk geluid kon komen. De echo op de microfoon en de maniertjes van de zanger werken al snel behoorlijk op de zenuwen. Gelukkig is het optreden nog korter dan de soundcheck van de band.
The Skull Defects
Behoorlijk druk is het inmiddels in 013 en in afwachting van de set van Serena-Maneesh blijven we nog even hangen bij The Skull Defects uit Zweden. Een maf stel waarbij vooral de enorm zwetende gitarist een nogal wereldvreemde indruk maakt: `This last song was a rock song, the next song is an African song. Africa is a really good country!'. Even later kondigt hij een nummer aan met `This song is about our trip from Sweden to here, first we took an airplane, then a car'. Vanuit het publiek klinkt een gortdroog `wow!'.
Serena-Maneesh
Bij Serena-Maneesh valt er een stuk minder te lachen. De doodserieuze en onmetelijk coole band produceert een muur van geluid die behoorlijk indruk maakt. Wel worden de nummers allemaal net iets te lang uitgerekt waardoor het moeilijk is echt geboeid te blijven. Zelfs het dansje van de lange blonde bassiste begint op den duur te vervelen.
The Feeling Of Love
Stampvol is het even later bij The Feeling of Love in Cul de Sac (`de cul' of 'de kuil' voor Tilburgenaren). Opnieuw een drietal met flinke echo op de zang maar de garagerock van de Fransen slaat beter aan dan dat van hun collega's uit Gent eerder op de avond. Op de beste momenten is de muziek strak en Fall-achtig, op de minste momenten rommelig en chaotisch. Een feeling of love voel ik niet echt in ieder geval.
Windmill
Na een vergeefse poging tot binnenkomen bij Gunslinger sluiten we de avond opnieuw in de cul af. Het Britse Windmill weet de kroeg tot op het bot te verdelen. Vooral de stem van voorman Matthew Thomas Dillon roept tot ver achterin de zaal ergernis en bijna zelfs agressie op (`houd op met die kutstem!'). Ook zijn overdreven voordracht en gekdoenerij werkt bij velen behoorlijk op de zenuwen. Toch zorgt Windmill voor mij persoonlijk voor het absolute hoogtepunt van het Incubate-weekend. Zelden een zanger gezien die zo eigenzinnig is qua stem en voordracht, alle concertconventies volledig negeert (`the next song is the best song we ever wrote') en navigeert tussen pijnlijk vals en oprecht ontroerend. Als hij tegen het einde van een set iedereen vraagt op de grond te gaan zitten, vervolgens zittend op het podium een verhaal vertelt dat halverwege in een nummer overgaat en dan ook nog de voorste rij vraagt een regel van het refrein mee te zingen, slaat de twijfel toe bij me. Is het goedkoop en cheesy of is het mooi en intiem? Zou deze man nooit meer op een podium toegelaten mogen worden of verdient hij een uitverkochte Heineken Music Hall? Ik ben er nog steeds niet uit. Windmill is misschien wel het undergroundste wat er dit jaar op Incubate te zien was. Een ietwat dikkige jongen in een polo en een baseballpet met een stem die buiten alle geaccepteerde patronen valt. Volstrekt uniek.

Een reactie

  1. Ludo

    ik dacht dat Windmill alléén muzikaal door Daniel Johnston was geinspireerd, maar als ik ‘m zo zie. 🙂
    Bloem de Ligny, OMG, scheen muziekjes voor de Hema te maken, tijd dat ze weer ‘ns een album dropt want mijn cdr kopie van Zink wordt overstemd door glitches.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Terug naar boven