Waar hij in België al een flinke reputatie heeft opgebouwd, heeft Nils Verresen (The Bear That Wasn’t) Nederland pas drie keer mogen verblijden met zijn dromerige luisterliedjes. Twee weken terug tijdens Eurosonic had hij de kans om de harten van muziekminnend Nederland te veroveren. Op de donderdag met een volledige show in het Kruithuis en de volgende dag achter de beslagen ruiten van de volgepakte Coffee Company. Voor de mensen die dat gemist hebben een korte introductie:
The Bear That Wasn’t was een beer die geen beer was. Althans, niet volgens de mensen om hem heen. Toen hij na zijn winterslaap ontdekte dat zijn bos weg was moest hij van de grondbezitter aan het werk. “Ja maar ik ben een beer”, zegt de beer, maar volgens de baas is hij gewoon een luie werknemer in een bontjas. De beer en zijn baas gaan naar de dierentuin en vragen de beren achter de tralies wat hij is: een beer of gewoon een werknemer. De beren antwoorden dat hij wel een werknemer moet zijn. Anders had de beer wel achter de tralies gezeten bij zijn soortgenoten…
mij=Interview: Anne
Dit simpele kinderverhaal koos de man met de gitaar (singer-songwriter is immers een jeuktitel) Nils Verresen om zijn boodschap: niemand weet beter wie je bent dan jijzelf. “Ik heb de naam eigenlijk gestolen. Mensen denken dat het een nietsbetekenende zin is, maar eigenlijk is het de naam van een kinderboek uit 1947 dat ik vaak las toen ik klein was. Dat hij erg wordt geïnspireerd door kinderboeken is wel te zien aan zijn album And So It Is Morning Dew. Gezien de songtitels zou een carrière als kinderboekenschrijver hem niet misstaan. Titels als “the little witch and the brave boy are going to Venus” doen niet vermoeden dat hij meer te vertellen heeft dan een luchtig verhaaltje. Toch is dit zo.
'Waarom mijn songs vaak somberder zijn dan de omlijsting, is omdat ik vaak ’s nachts na het uitgaan schrijf. Je moet dan ook stil zijn voor de buren, dat maakt het wat melodramatisch. Het is dus helemaal niet bewust gedaan.'
Het genre singer-songwriter bestaat over het algemeen uit dertien in een dozijn-artiesten. Dat is moeilijk. Een genre waarin je erg moeilijk boven de massa uit kunt komen. 'Ik had nooit een groot verhaal om te verkondigen. Ik was niet dat kleine jongetje dat er van droomde muzikant te worden. Ik begon pas op mijn achttiende met muziek schrijven. Ik kreeg een gitaar van mijn oudere broer en verveelde me vaak… In die zin heeft het mij een beetje overvallen. Het is ook zeker moeilijk om in Nederland door te breken. Ik ben niet iemand die zegt ‘hier ben ik dan!’ Het verbaast me soms dat mensen mij goed vinden. Mijn helden zijn nog altijd Sufjan Stevens en Bright Eyes. Er wordt vaak gezegd ‘ik ben singer-songwriter’, terwijl de teksten niet eens meer zoveel inhoud hebben. Daar probeer ik wel van af te stappen. Ik probeer niet noodzakelijk een nummer te maken met een betekenisvolle tekst. Tegenwoordig is het genre singer-songwriter een heel populaire stroming. Ik vind het een vals genre in de zin dat indie muziek een vals genre is, en dat akoestische muziek een vals genre is. Je kunt twee singer-songwriters hebben die totaal niks met elkaar te maken hebben. Je kunt Nick Drake niet vergelijken met Milow of zo. Ik vind Nick Drake even veel verschillen van Milow als ik Metallica vind verschillen van Milow. Mensen vragen mij vaak welk soort muziek ik maak. Ik antwoord nooit singer-songwriter.' Zoals het laatste album van Sufjan Stevens. Dat is geen singer-songwriter meer te noemen!' Dat vind ik leuk, dat vind ik heel leuk. Hij doet gewoon hetgeen wat hij zelf wil doen. Het is veel belangrijker dat er authenticiteit in de muziek zit. Wat het ook vaak moeilijk maakt voor jezelf, natuurlijk. Nederland en België, dat is zo’n klein grondgebied dat je toch vaak met iets commercieels aan moet komen om door te kunnen breken. Het is niet altijd moeilijk om een populair nummer te schrijven. Een commercieel nummer schrijven is meer een vaardigheid.'
Hetgeen dat The Bear That Wasn’t vooral bekend maakte in België was zijn 365 dagen lange tour. Via Facebook ging hij op zoek naar 365 logeeradressen. Daarna stapte hij mét zijn gitaar en zónder geld op zijn fiets om al deze adressen te bezoeken. Toch is pure vrijheid ver te zoeken. 'Vaak heb je geld nodig om blij te kunnen zijn. Ik was niet afhankelijk van geld, maar het feit dat je geen geld hebt maakt je zeker niet onafhankelijk. Ik heb in Engeland eens mijn mp3-speler moeten afgeven aan een taxichauffeur om op een bepaalde tijd bij een optreden te zijn. Je denkt wel onafhankelijk te zijn van geld, maar je hebt het vaak genoeg nodig. Ik was niet afhankelijk van geld, maar wel van het geld van andere mensen.' Je was dus eigenlijk een zwerver? 'Noujah, het woord troubadour is vaak gevallen.'
Komt dit nog in je toekomstige songs aan bod?
'Bij mij is schrijven een onbewust proces. Het is niet ‘ik ga nu een song schrijven over mijn tocht’, dat lijkt me wat te commercieel. Ik voel me nu al slecht dat die tocht vaak als promo wordt beschouwd. Het lijkt mij iets te voor de hand liggend. Tenzij het heel natuurlijk komt… Tenzij ik denk, ik heb een geweldig concept of ik heb iets geleerd en dat probeer duidelijk te maken. Gewoon, iets authentieks. En ook zonder dat de tocht wordt uitgemolken. Dat is altijd het gevaar geweest. Ze vroegen me al voor een televisieprogramma. Om over de tocht te praten. En als het enkel ging over mijn tocht, weigerde ik. Ik ben misschien zelf zo kortzichtig dat ik andere bands dat kwalijk zou nemen. Als het niet goed voelt moet je het gewoon niet doen. Je kunt zoiets vanuit commercieel standpunt heel moeilijk verrechtvaardigen. Daarom ben ik er ook niet vanuit gegaan dat ik muzikant zou worden, omdat dat niet rijmt. Het tweede album kan over zes maanden klaar zijn, maar ook over tien jaar. Ik heb in ieder geval nog niet genoeg nummers waar ik tevreden over ben. Het zou kunnen dat ik alles lo-fi op mijn slaapkamer opneem. Ik wil in ieder geval niet afhankelijk zijn van mijn inkomen als muzikant. Want als je niet bereid bent om mee te gaan (in de grote, commerciële wereld) dan kun je er ook niet snel aan verdienen. Tenzij je heel goed bent, óf heel veel geluk hebt.' Omdat zijn focus niet bij het opnemen van een album ligt, gaat hij gewoon door met waar hij gebleven was. 'Voor mij zijn de leukste optredens nog altijd de huiskamerconcerten. Dat heb ik nu dus ook een jaar lang gedaan. Tijdens een huiskamerconcert speel je voor één persoon, een uur lang. Liever één persoon die aandachtig luistert, dan een heel festival vol zatlappen waar niemand aan het luisteren is. Het is dan ook heel typisch dat mensen zeggen “Wauw, je hebt op Pukkelpop gespeeld”. Het is leuk of zo, maar er zijn veel leukere concerten.'
2 reacties