Metal is soms als fitness. Waar je vroeger als puber onder de indruk was van met zand gevulde dumbells, draai je nu je hand niet om voor een setje bankdrukken van 100 kilo. Die dumbells van toen ben je nu glad vergeten, maar wat heb je tegen die dingen opgekeken. Hetzelfde geldt voor Autopsy. Met het debuut Severed Survival dacht je de ware gruwelijke shit ontdekt te hebben. Enfin, snel ging mijn kinderplatenspelertje kraken door de klanken collega’s van Possessed en het heftiger spul van Suffocation, Entombed en Cannibal Corpse. Ik liet Autopsy maar voor wat het was. Zeker omdat er voor de band een periode van grindcore aanbrak waar ik geen soep van wist te trekken. Alsof er niets veranderd is trapt Autopsy alle gaspedalen in op Macabre Eternal, voor het eerst na 16 jaar ruzie, break-ups en voorzichtige toenaderingspogingen. Helaas voor Autopsy heeft ook in metalland de tijd niet stilgestaan. Hoewel dit album een van de betere is van Autopsy, kan ik de lach toch niet onderdrukken. Wellicht moet de werkcoach van het UWV ook gedacht hebben dat het voor alle partijen het beste was als de band weer iets nieuws zou uitbrengen, omdat andere arbeid niet echt passend was. Wat je nu vooral overhoudt aan dit album is een kwartet onder aanvoering van Chris Reifert die gruntend en gorgelend alle D’s van Death, Destruction, Die en Doom prevelt met net effe teveel stonerbreaks en boosaardig geburb. Ja jongens, luister nog maar eens goed, want opa speelde vroeger in een opvallend orkestje dat de goedkeuring van Willem Duys niet kon verdragen en het helaas zonder de airplay van Muziek Mozaïek moest stellen. En, toch vonden heel wat kids van mijn generatie dat leuk, spannend en vooral een middel om ergens tegen te ageren. Ik zal zeker gaan kijken als Autopsy in de buurt gaat optreden, maar ik word er tegenwoordig niet warm of koud meer van. Hoe goed en technisch deze cd ook in elkaar steekt.
mij=Peaceville / Suburban
4 reacties