De beste blues klinkt donker, vies, onheilspellend, rauw en primitief. Het is dus een prima idee van Leendert van der Valk om zijn reisverslag Duivelsmuziek. Op de fiets van Memphis naar New Orleans te beginnen met een hoofdstuk waarin Leendert en zijn reisgenote, fotograaf Winnifred Wijnker, ergens in Memphis, Tennessee zijn. Op de fiets. In het pikkedonker, tijdens een broeierige nacht, fietsend op de vluchtstrook die bezaaid ligt met glas. Het getto waar ze zich bevinden nodigt niet uit om te overnachten. Het is een reis met ontberingen, maar als je over de blues wilt praten, moet je wat meegemaakt hebben, nietwaar? Van der Valk en Wijnker bezoeken de plekken waar de roots van de popmuziek liggen. De bakermat van rock ‘n’ roll, blues, jazz, zydeco en cajun, jazz en funk, allemaal langs de lijn Memphis – New Orleans. Van de Valk is een goed schrijver en hoewel het lastig is om twee verhalen te vertellen, dat van de blues en dat van de fietstocht, is hij daar aardig in geslaagd. Hoogtepunt – of dieptepunt – is het bezoek aan de Angola-gevangenis, maar ook de zoektochten naar andere overgebleven plaatsen zijn de moeite waard. Van der Valk heeft soms iets teveel last van the white man’s burden, maar het is de muziekliefhebber in hem die de boventoon voert.
mij=L.J. Veen / Amstel uitgevers
4 reacties