Menig Duitse band is er in de loop der jaren toe overgegaan een Amerikaanse zanger aan te stellen, omdat het Klaus Meine-Engels nooit ver weg was. Axel Rudi Pell heeft vanaf het begin een Amerikaanse zanger gehad. Sterker nog: het grootste deel van zijn band heeft buitenlandse roots. Dat hij met zijn band niettemin erg Duitse powermetal ten gehore brengt is desondanks niet vreemd. Zijn bandleden zijn namelijk bepaald geen onbekenden in de Duitse scene, zoals drummer Mike Terrana. Zanger Johnny Gioeli werd bekend in Hardline, de Amerikaanse band met destijds Journeyleden Neal Schon en Deen Castronovo, maar ook hij zingt alweer anderhalf decennium bij Axel Rudi Pell. Zeg nou zelf, dat moet toch heel aardig worden? Nou, dus niet. Eerlijk gezegd is op Circle Of The Oath het titelnummer het eerste en het laatste dat iets van interesse bij me weet op te wekken. Het kunstje is vrijwel elk nummer hetzelfde: een mid-tempo song, beukende drums met akelig veel echo op de snaredrum, gitaarpartijen met lang aangehouden akkoorden en Gioeli die daaroverheen – prima, da's waar – de sirene uithangt. Zo'n brandweerding, niet een juffrouw op een rots. Wanneer dat bij “World Of Confusion” nog eens negen minuten lang zo doorgaat, is dat toch al vlot zo'n vijf minuten te lang. Eerlijk gezegd krijg ik het idee dat hier muzikanten die veel beter kunnen de studio ingedoken zijn om 'even' een album uit te poepen, met het idee dat een pompeuze productie genoeg moet zijn. Fans vinden het vast allemaal prima, bij mij komt 'ie de kast niet meer uit.
Mad Max maakt al jaren steeds weer dezelfde plaat, ook deze keer weer. Maar waar bij Axel Rudi Pell en zijn mannen de lamlendigheid er vanaf straalt, daar is het juist de pret die Another Night Of Passion het hele album vasthoudt. Zeg, maar die titel…? Ja, ze brachten al eens het album Night Of Passion uit, maar dit is geen rerelease met extra tracks, het is echt nieuw materiaal. Dit is na allerlei personeelswisselingen echter wel dezelfde line-up als bij Night Of Passion. Het is vrolijk pretrock, met sinds een aantal jaren een stichtelijke boodschap van tekstschrijver/gitarist Jürgen Breforth. Die staat de pret echter nergens in de weg, want het is eigenlijk pure hairmetal. Songs volgens een vast stramien, uitgevoerd door prima muzikanten, niet te heavy en voorzien van veel koortjes in de refreinen. Typisch is wel “The Chant”, dat begint met een Arabisch aandoende uithaal maar binnen drie maten weer een radiovriendelijke rocker is. Opvallend is verder nog de Sweet-cover “Fever Of Love”. The Sweet? Ja jongens en meisjes, dat was Engelse, radiovriendelijke hardrock in het begin van de jaren zeventig, een van de favorieten van Michael Voss en consorten. (Zelfs Ritchie Blackmore heeft nog eens met ze op het podium gestaan.) Zoals gezegd heeft Mad Max voor de zoveelste keer dezelfde plaat gemaakt, maar het is goed uitgevoerd en vooral ook met enthousiasme. Soms is dat ook gewoon genoeg. Als extraatje krijg je trouwens een bonus-cd, Official Bootleg – Live In Berlin.
mij=SPV
4 reacties